Voorgesteld 15 oktober 2020
De Kamer,
gehoord de beraadslaging,
overwegende dat de gemeenten gemiddeld genomen niet toekomen met de huidige financiële ruimte en daarom gedwongen worden om onder meer het voorzieningenniveau in hun gemeente te verlagen;
overwegende dat de zogeheten opschalingskorting is gehandhaafd bij de start van het huidige kabinet, terwijl de opschalingsplicht allang van tafel is;
overwegende dat in de begroting 2021 en 2022 weliswaar de opschalingskorting is geschrapt maar voor de jaren daarna het basispad niet is gewijzigd;
spreekt uit dat de raming van het accres 2022 en verder blijvend moet worden geactualiseerd en dat daarvoor als uitgangspunt het basispad zonder opschalingskorting moet worden genomen,
en gaat over tot de orde van de dag.
Van Brenk
Van Otterloo