Voorgesteld 28 november 2019
De Kamer,
gehoord de beraadslaging,
constaterende dat Gorinchem net als vele andere steden en dorpen van Nederland geteisterd worden door racistisch groepsgeweld van merendeels allochtonen tegen autochtone jongeren;
van mening dat dit onacceptabel is en het allochtone tuig keihard moeten worden aangepakt om onze straten, wijken, dorpen en steden te heroveren op dit tuig;
constaterende dat de overheid nu onwillig en incompetent is dit probleem aan te pakken en onze eigen mensen keihard in de steek laat;
spreekt uit dat alle noodzakelijke middelen ter bestrijding van dit racistisch allochtoon geweld moeten worden ingezet waaronder keihard optreden van de politie met gebruik van al het noodzakelijke geweld, hoge vrijheidsstraffen, denaturaliseren en uitzetten van de daders en hun familie indien ze minderjarig zijn, straatverboden, contactverboden, samenscholingsverboden en desnoods de hulp van de krijgsmacht in te roepen om de straten schoon te vegen en weer veilig te maken,
en gaat over tot de orde van de dag.
De Graaf
Wilders