Voorgesteld 27 maart 2019
De Kamer,
gehoord de beraadslaging,
constaterende dat bij de voorgenomen verkoop van gereguleerde huurwoningen de zienswijzen van huurdersorganisaties en gemeenten moeten worden voorgelegd;
overwegende dat gezien de huidige woningnood het onwenselijk is om corporatiewoningen te verkopen zonder dat de huurdersorganisatie en de betreffende gemeente op zijn minst hun mening daarover hebben kunnen geven;
verzoekt de regering, mogelijk te maken dat bij de voorgenomen verkoop van huurwoningen met een huurprijs boven de huurtoeslaggrens (liberalisatiegrens) van € 720,42 en van potentieel te liberaliseren woningen (huurwoningen met een huur onder de € 720,42 maar met meer dan 145 huurpunten op grond van het woningwaarderingsstelsel) er zienswijzen van huurdersorganisaties en gemeenten moeten worden voorgelegd,
en gaat over tot de orde van de dag.
Beckerman