Ontvangen 28 november 2018
De ondergetekenden stellen het volgende amendement voor:
De departementale begrotingsstaat wordt als volgt gewijzigd:
I
In artikel 2 Bedrijvenbeleid: innovatie en duurzaam ondernemen wordt het uitgavenbedrag verlaagd met € 200 (x € 1.000).
II
In artikel 4 Een doelmatige en duurzame energievoorziening wordt het verplichtingenbedrag verlaagd met € 2.500 (x € 1.000) en het uitgavenbedrag verlaagd met € 200 (x € 1.000).
III
In artikel 4 Een doelmatige en duurzame energievoorziening wordt het verplichtingenbedrag verhoogd met € 5.000 (x € 1.000) en het uitgavenbedrag verhoogd met € 400 (x € 1.000).
Dit amendement zorgt ervoor dat er in totaal € 5 miljoen voor de Subsidieregeling Duurzame Scheepsbouw (SDS) beschikbaar komt, in het financieringsritme dat voor de SDS van toepassing is bij een openstelling van € 5 mln in 2019. Overeenkomstig de ervaring met de uitvoering van de SDS zijn de uitgaven in 2019 te ramen op € 0,4 mln. De in de daarop volgende jaren benodigde uitgaven van € 4,6 mln worden binnen de EZK-begroting aan de raming van de SDS toegevoegd. De dekking daarvoor komt ten laste van artikel 2, onderdeel Groeifaciliteit, en artikel 4, onderdeel Demonstratieregeling Energie-innovatie. In geval van de Groeifaciliteit betreft het uitsluitend een beperking van de uitgavenraming. De Groeifaciliteit is een in principe kostendekkende garantieregeling waarbij de premieontvangsten de eventuele schades dekken. Het amendement wordt gedekt uit de aanvullend op de premieontvangsten beschikbare begrotingsdekking voor dit instrument.
Met voortzetting van de SDS kan de internationaal concurrerende en innovatieve Nederlandse scheepsbouwsector deze regeling blijven benutten om ontwikkelingsrisico’s bij duurzaamheidsinnovaties te ondervangen. Bovendien zorgt de regeling voor een gelijk speelveld binnen de Europese Unie.
Dit amendement voorziet in de verlenging van de SDS voor één jaar in 2019. Op basis van een door het Ministerie van Economische Zaken en Klimaat uit te voeren evaluatie in het voorjaar van 2019 kan besloten worden over een eventuele voortzetting van de regeling na 2019.
Bruins Veldman