Ontvangen 30 oktober 2018
De ondergetekenden stellen het volgende amendement voor:
De begrotingsstaat wordt als volgt gewijzigd:
I
In artikel 1 Primair onderwijs worden het verplichtingenbedrag en het uitgavenbedrag verlaagd met € 2.000 (x € 1.000).
II
In artikel 9 Arbeidsmarkt- en personeelsbeleid worden het verplichtingenbedrag en het uitgavenbedrag verhoogd met € 2.000 (x € 1.000).
De werkdruk in het onderwijs is hoog. Leraren geven aan dat juist taken die niet direct bij het lesgeven horen veel tijd kosten. Met dit amendement willen de indieners dat meer mensen als conciërge werkzaam worden op basisscholen. Dankzij een grotere inzet van conciërges wordt de werkdruk op scholen verlaagd en komen leerkrachten en ander personeel meer aan hun kerntaken toe. Tegelijkertijd is dit een manier om mensen met een afstand tot de arbeidsmarkt te helpen aan een baan te komen. Om dit te bewerkstelligen wordt er met dit amendement 2 miljoen euro toegevoegd aan de subsidieregeling voor zijinstromers. Via deze regeling die nu geldt voor het primair en voortgezet onderwijs en het mbo, kunnen scholen tot 20.000 euro subsidie aanvragen voor scholing en begeleiding van startende leraren. De indieners willen met dit amendement 2 miljoen euro toevoegen aan deze subsidieregeling en de regeling vervolgens ook toegankelijk maken voor conciërges in het basisonderwijs. Op deze manier kunnen minimaal 100 scholen subsidie aanvragen voor de begeleiding en omscholing van mensen tot conciërge. De dekking wordt gevonden in de middelen die zijn begroot voor nog nader in te vullen subsidies inzake het primair onderwijs.
Westerveld Van den Hul