Voorgesteld 21 december 2017
De Kamer,
gehoord de beraadslaging,
constaterende dat de regering van plan is een proeftijd tot vijf maanden mogelijk te maken indien direct een contract voor onbepaalde tijd wordt aangeboden;
constaterende dat de regering tevens van plan is een proeftijd tot drie maanden mogelijk te maken voor meerjaarscontracten;
van mening dat een proeftijd van vijf respectievelijk drie maanden misbruik in de hand werkt en tweederangswerknemers creëert;
roept de regering op, om de maximale proeftijd ongewijzigd te laten op twee maanden bij meerjaarscontracten en één maand bij jaarcontracten,
en gaat over tot de orde van de dag.
Van Kent
Gijs van Dijk