Voorgesteld 1 oktober 2015
De Kamer,
gehoord de beraadslaging,
constaterende dat er gronden zijn om de vraag inzake het overtreden van de voorwaarden bij de voorwaardelijke invrijheidsstelling van Volkert van der Graaf aan de rechter voor te leggen;
constaterende dat de Minister op basis van artikel 15i, lid 1, van het Wetboek van Strafrecht bevoegd is om het Openbaar Ministerie te verzoeken een vordering in te dienen, strekkende tot herroeping van de voorwaardelijke invrijheidstelling;
verzoekt de Minister, om het Openbaar Ministerie te verzoeken een vordering tot herroeping van de voorwaardelijke invrijheidsstelling van Volkert van der Graaf in te dienen,
en gaat over tot de orde van de dag.
Helder