Ontvangen 7 april 2016
De ondergetekende stelt het volgende amendement voor:
Artikel I, onderdeel H, wordt als volgt gewijzigd:
1. Na de onderdeelsaanduiding «H» wordt als aanhef ingevoegd: Artikel 15f wordt als volgt gewijzigd:.
2. De zinsnede «In artikel 15f, eerste lid,» wordt vervangen door: 1. In het eerste lid.
3. Er wordt een onderdeel toegevoegd, luidende:
2. In het zesde lid wordt de tweede volzin vervangen door: Daartoe behoort in ieder geval een voorschrift ten aanzien van het financieel rendement waarmee gerekend dient te worden ten aanzien van de financiële zekerheid. Tevens kan hiertoe in ieder geval behoren een voorschrift dat de houder van de vergunning het bedrag en de aard van de gestelde zekerheid aanpast, indien dat naar het oordeel van Onze genoemde Ministers nodig is met het oog op wijziging van bij het voorschrift aangegeven omstandigheden.
De indiener van dit amendement beoogt met dit amendement er zorg voor te dragen dat de houder van een vergunning als bedoeld in artikel 15, onder b, van de Kernenergiewet voor het in werking brengen, in werking houden, buiten gebruik stellen of ontmantelen van een inrichting waarin kernenergie kan, onderscheidenlijk kon worden vrijgemaakt, een defensief beleggingsbeleid hanteert. In het huidige wetsvoorstel staat dat de Minister aan de goedkeuring van de financiële zekerheidsstelling voorschriften kan verbinden. Specifiek wordt gewezen op het bedrag van de financiële zekerheidsstelling. Naar mening van de indiener van dit amendement brengt de aard van de verplichting die behoort bij het buiten gebruik stellen of ontmantelen van een inrichting waarin kernenergie kan, onderscheidenlijk kon worden vrijgemaakt, met zich mee dat de houder van een vergunning in deze een defensief beleggingsbeleid dient te hanteren bij fondsvorming. Het belang hiervan wordt onderstreept door de tekorten bij de voormalige kerncentrale Dodewaard en de zorgen over de financiële toekomst bij kerncentrale Borssele.
Van Tongeren