Voorgesteld 27 november 2014
De Kamer,
gehoord de beraadslaging,
constaterende dat mensen die arbeidsongeschikt zijn, de plicht hebben te werken aan hun re-integratie zodra ze dat kunnen;
overwegende dat uitkeringsgerechtigden in de Werkhervattingsregeling Gedeeltelijk Arbeidsongeschikten (WGA) niet blijvend arbeidsongeschikt zijn en dat zij voor het gedeelte dat zij kunnen werken, verplicht zijn te solliciteren;
constaterende dat WGA-gerechtigden nu naar het buitenland kunnen verhuizen met hun uitkering, waardoor niet goed te controleren is of ze aan hun verplichtingen voldoen;
overwegende dat voormalig werkgevers betalen voor de WGA-uitkering en hierdoor hun lasten soms onterecht zien oplopen;
overwegende dat van WW-ontvangers ook verwacht wordt dat zij voor de Nederlandse arbeidsmarkt beschikbaar blijven;
verzoekt de regering, in beeld te brengen hoe de export van de WGA-uitkering naar het buitenland onmogelijk kan worden gemaakt,
en gaat over tot de orde van de dag.
Schut-Welkzijn
Dijkgraaf