Voorgesteld 9 december 2014
De Kamer,
gehoord de beraadslaging,
overwegende dat een begrenzing in Rotterdam-Zuid en de krimpgebieden van het in de DAEB mogen verwerken door een toegelaten instelling van bepaalde kosten van activiteiten gericht op de herstructurering van DAEB-bezit in niet-DAEB-bezit tot 10% van de WOZ-waarde van de in de herstructureringswijk aanwezige DAEB-woningen van de betreffende toegelaten instelling, kan leiden tot een ongewenste beperking van maatschappelijk noodzakelijk te achten herstructureringsactiviteiten in deze gebieden;
constaterende dat het Waarborgfonds Sociale Woningbouw reeds een toets uitvoert op het financiële effect op de toegelaten instelling van voorgenomen niet-DAEB-investeringen;
verzoekt de regering om, de voorgenomen genoemde begrenzing voor het in de DAEB achterlaten van kosten van dergelijke herstructureringsactiviteiten in Rotterdam-Zuid en de krimpgebieden, te laten vervallen,
en gaat over tot de orde van de dag.
Schouten
Knops