Ontvangen 15 juni 2015
De ondergetekende stelt het volgende amendement voor:
In artikel 1.10, tweede lid, wordt in de tweede volzin na «behoren» ingevoegd: en die gezamenlijk een zodanige omvang en ruimtelijke samenhang hebben dat daarmee de in het eerste lid, onderdeel a, b en c genoemde doelen kunnen worden gerealiseerd.
Artikel 1.10 stelt:
«Met het oog op het eerste lid dragen gedeputeerde staten in hun provincie in elk geval zorg voor de totstandkoming en instandhouding van een samenhangend landelijk ecologisch netwerk, genaamd »natuurnetwerk Nederland». Zij wijzen daartoe in hun provincie gebieden aan die tot dit netwerk behoren.»
Met voorliggende amendement wordt deze laatste zin:
«Zij wijzen daartoe in hun provincie gebieden aan die tot dit netwerk behoren. en die gezamenlijk een zodanige omvang en ruimtelijke samenhang hebben dat daarmee de in het eerste lid, onderdeel a, b en c genoemde doelen kunnen worden gerealiseerd.»
Met deze aanvulling wordt duidelijk gemaakt dat het aan te wijzen netwerk van voldoende omvang en samenhang moet zijn om de doelen te bewerkstelligen.
Smaling