Ontvangen 9 juni 2015
De ondergetekende stelt het volgende amendement voor:
In artikel 1.1, eerste lid, komt de definitie van jachtopzichter als volgt te luiden:
degene die als buitengewoon opsporingsambtenaar is belast met de opsporing van de bij of krachtens deze wet strafbaar gestelde feiten en van de overige in de akte of aanwijzing als bedoeld in artikel 142, tweede lid, van het Wetboek van Strafvordering aangeduide strafbare feiten;
Dit amendement regelt dat de jachtopzichter niet de belangen van de jachthouder dient te behartigen, maar alleen als buitengewoon opsporingsambtenaar de wet dient.
De indiener is van mening dat het wetsvoorstel de jachtopzichter twee petten opzet. Enerzijds moet de jachtopzichter de belangen behartigen van de jachthouder, anderzijds moet hij of zij de wet handhaven als buitengewoon opsporingsambtenaar. Indiener acht het onwenselijk dat onduidelijkheid bestaat over de loyaliteit van de wetshandhaving. Bovendien ziet indiener geen meerwaarde in het in de wet opnemen van het beschermen van de jachtbelangen van de jachthouder.
Thieme