Voorgesteld 1 december 2010
De Kamer,
gehoord de beraadslaging,
constaterende, dat de regering in het regeerakkoord voornemens is om de bewijslast meer naar de asielzoekers te verschuiven en te verzwaren;
overwegende, dat asielzoekers die gevlucht zijn vanuit een oorlogssituatie en in een ver en vreemd land terecht zijn gekomen, allesbehalve in een eenvoudige positie verkeren om hun asielrelaas met harde bewijzen aan te tonen;
overwegende, dat een toename van afwijzingen door een verzwaarde bewijslast het gevolg kan hebben dat vaker vluchtelingen ten onrechte niet worden toegelaten en teruggestuurd worden naar een onveilige situatie;
van mening, dat een verdere verzwaring van de bewijslast voor de asielzoeker derhalve zeer onredelijk is;
verzoekt de regering alvorens die verzwaring door te voeren, eerst door middel van uitgebreide argumentatie en/of onderzoek, aan te tonen dat de huidige bewijslast voor de asielzoeker te licht is;
verzoekt de regering tevens om die argumentatie en/of resultaten van dat onderzoek op korte termijn naar de Kamer te sturen,
en gaat over tot de orde van de dag.
Spekman
Schouw
Dibi
Gesthuizen