Voorgesteld 22 maart 2011
De Kamer,
gehoord de beraadslaging,
overwegende, dat volledige medewerking van Servië aan het Joegoslavië-tribunaal een harde voorwaarde is voor verdere stappen in het EU toetredingsproces van Servië;
overwegende, dat de manier waarop Servië de opsporing van Mladic en Hadzic aanpakt, volgens het decemberrapport 2010 van hoofdaanklager Brammertz onder de maat is;
overwegende, dat Brammertz in ditzelfde rapport aanbeveelt om een diepgaande evaluatie van de gevolgde strategie uit te voeren;
overwegende, dat het ontbreken van voldoende betrouwbare medewerkers in het Servische veiligheidsapparaat veelvuldig wordt genoemd als reden voor het gebrek aan succes in de opsporing van Mladic en Hadzic;
verzoekt de regering om binnen de Raad te bepleiten dat de EU maximale druk op Servië gaat uitoefenen om de opsporingsstrategie te evalueren en om de nodige hervormingen binnen het veiligheidsapparaat door te voeren;
verzoekt de regering voorts om binnen de Raad te bepleiten dat de EU de Servische autoriteiten waar nodig ondersteunt bij het evalueren en aanpassen van de opsporingsstrategie en bij het hervormen van het veiligheidsapparaat,
en gaat over tot de orde van de dag.
El Fassed
Braakhuis