Ingediend | 5 juli 2024 |
---|---|
Beantwoord | 16 september 2024 (na 73 dagen) |
Indieners | Inge van Dijk (CDA), Eline Vedder (CDA) |
Beantwoord door | Mona Keijzer (BBB), Eelco Heinen (VVD) |
Onderwerpen | huisvesting organisatie en beleid |
Bron vraag | https://zoek.officielebekendmakingen.nl/kv-tk-2024Z11862.html |
Bron antwoord | https://zoek.officielebekendmakingen.nl/ah-tk-20232024-2562.html |
Ja.
Ja.
Het termijnbedrag van een studielening is van invloed op de maximale maandelijkse hypotheeklasten. Omdat het kopen van een woning financieel verantwoord moet blijven, wordt gekeken naar de gehele financiële situatie van een consument. De financieringslast van een studielening is daar ook een onderdeel van. Vanwege de impact van studieleningen op oud-studenten is sinds dit jaar een wijziging doorgevoerd in de leennormen waarbij op een verantwoorde wijze de impact zo veel mogelijk wordt beperkt. Bij een forse studielening kan de impact hiervan op de maximale hoogte van de hypotheek echter groot zijn. Vanwege de impact die dit heeft op oud-studenten, vind ik het inderdaad van belang dat zij weten waar ze aan toe zijn en weten hoe hun financiële situatie wordt meegenomen in het bepalen van de leenruimte.
Ja. Ik ben voornemens dit punt mee te nemen in de jaarlijkse wijzigingsregeling hypothecair krediet. De concept-wijzigingsregeling hypothecair krediet 2025 is onlangs openbaar geconsulteerd. Hierin is verduidelijkt op welke wijze een aanbieder van hypothecair krediet bij het bepalen van de financieringslast rekening dient te houden met de rente en aflossing van een studielening.2 Uitgangspunt is dat de aanbieder bij het bepalen van de financieringslast uitgaat van het termijnbedrag dat de consument verschuldigd is voor rente en aflossing van de studielening. In de concept-wijzigingsregeling hypothecair krediet wordt verduidelijkt hoe aanbieders het termijnbedrag van een studielening moeten bepalen indien de consument tijdelijk geen of een lager termijnbedrag voor rente en aflossing is verschuldigd. Een aanbieder van hypothecair krediet dient in die situaties uit te gaan van de actuele restschuld, de actuele rente en de resterende looptijd van de studielening voor het bepalen van het termijnbedrag. De reden waarom de aanbieder van hypothecair krediet in deze situaties geen rekening mag houden met het feit dat (nog) geen termijnbedrag of een lager termijnbedrag verschuldigd is voor rente en aflossing is dat het gaat om een tijdelijke situatie. Bovendien wordt voorkomen dat consumenten kiezen voor een aflosvrije periode om zo een hogere hypotheek te kunnen krijgen.
De consultatiereacties die zijn ontvangen op de internetconsultatie van de wijzigingsregeling zullen worden meegenomen bij het opstellen van de definitieve artikelen van de wijzigingsregeling hypothecair krediet 2025. Zoals ik ook in mijn antwoord op vraag 3 en vraag 4 schreef, het kopen van een woning moet financieel verantwoord blijven en daarom moeten kredietaanbieders naar de gehele financiële situatie van een consument kijken. De financieringslast van een studielening is daar onderdeel van. Mijn uitgangspunt is, ook bij de voorgestelde verduidelijking in de wijzigingsregeling hypothecair krediet 2025, dat op verantwoorde wijze de impact van een studielening op de maximale hypotheek zo veel mogelijk wordt beperkt.