Kamervraag 2023Z13475

Een regionale zender

Ingediend 7 juli 2023
Beantwoord 28 augustus 2023 (na 52 dagen)
Indiener Lucille Werner (CDA)
Beantwoord door Gunay Uslu (staatssecretaris onderwijs, cultuur en wetenschap) (D66)
Onderwerpen cultuur en recreatie media
Bron vraag https://zoek.officielebekendmakingen.nl/kv-tk-2023Z13475.html
Bron antwoord https://zoek.officielebekendmakingen.nl/ah-tk-20222023-3456.html
  • Vraag 1
    Klopt het dat er onderzocht is om van NPO3 een regiovenster te maken met als doel haar programmering volledig in het teken te laten staan van de regio?

    In de visiebrief1 van de toenmalig Minister voor Basis- en Voortgezet Onderwijs en Media was de ambitie opgenomen om meer ruimte te creëren voor regionale omroepen binnen de programmering van de NPO. Oorspronkelijk was de idee om het derde net om te vormen tot een kanaal waarvan het zenderprofiel overwegend is gericht op aanbod met een regionaal karakter. Door de NPO en RPO is hier sinds 1 januari 2021 invulling aan gegeven met een televisieblok van twee uur tussen 18u00 en 20u00 op NPO2 waaronder een NOS journaal met regionieuws verzorgd door de regionale omroepen.
    Daarnaast liep destijds een pilot met zogenoemde regionale vensterprogrammering.2 Van 1 april 2019 tot en met 28 juni 2019 is in drie regio’s een pilot met regionale vensterprogrammering uitgevoerd. In oktober van datzelfde jaar volgde een evaluatie van deze pilot. Eén van de resultaten van de evaluatie betreft de begrote kosten voor landelijke uitrol van de regionale vensterprogrammering. Uw Kamer is over deze pilot en evaluatie geïnformeerd met de mediabegrotingsbrief 20203. Mede naar aanleiding van deze evaluatie heeft toenmalig Minister voor Basis- en Voortgezet Onderwijs en Media een validatieonderzoek laten doen van de begrote kosten zoals deze in de evaluatie zijn genoemd, evenals inzicht in mogelijke goedkopere alternatieven. Over dit validatieonderzoek is uw Kamer per brief van 14 september 2020 geïnformeerd.4

  • Vraag 2
    Wat zouden de kosten geweest zijn van zo’n regiovenster en kunt u een gedetailleerde onderbouwing geven van waar die kosten uit bestaan?

    In de hierboven genoemde evaluatie schatten de NPO en RPO deze kosten op circa EUR 2,4 mln. extra structurele kosten per jaar bij de NPO voor techniek en distributie en op circa EUR 4,7 mln. aan extra structurele kosten per jaar bij de regionale omroepen voor de programmering. Verder blijkt uit de evaluatie dat er structureel, op jaarbasis, een aanvullend extra bedrag van circa EUR 4 mln. nodig is om de operationele kosten voor de distributienetwerken te dekken. De totale kosten zijn door onderzoeksbureau Dialogic gevalideerd en ingeschat op EUR 10,8 mln. per jaar. Deze lagere jaarlijkse kosten komen voort uit een langere afschrijvingstermijn van de investeringen in de distributieketen.

  • Vraag 3
    Hoe is bepaald dat NPO1 op zender 1 mag uitzenden, SBS6 op zender 6 of RTL4 op zender 4 enz.? Door wie, wanneer en hoe is dat bepaald en zijn hier kosten mee gemoeid?

    De huidige indeling van de televisiezenders is voor een deel historisch gegroeid en voor een deel maakt deze onderdeel uit van de distributiecontracten die publieke en commerciële omroepen hebben met aanbieders van televisiepakketten. Deze contracten omvatten naast de positionering van de zenders bijvoorbeeld vaak ook afspraken over de hoogte van doorgiftevergoeding tussen omroep en pakketaanbieder. Het is mij niet bekend wat de hoogte van deze bedragen zijn.

  • Vraag 4
    Wat is er nodig om ervoor te zorgen dat de regionale zender in het gebied waar mensen wonen, standaard bijvoorbeeld op plek 10 komt?

    In het eerder genoemde rapport «Validatie begroting landelijke uitrol regionale vensters» is door de onderzoekers gekeken naar wat de financiële implicaties voor de NPO, RPO en vier grote distributeurs zouden zijn van het realiseren van een vaste zenderpositie voor een regionale publieke omroep in een provincie. De onderzoekers schatten een vaste zenderpositie, bijvoorbeeld nummer 10, in op zo’n EUR 20 tot 35 miljoen voor drie jaar.5 Dit zijn marktonderhandelingen waar ik als Staatssecretaris voor media geen rol in speel.

  • Vraag 5
    Welke rol spelen de omroepen, de kabelaars en de Staatssecretaris bij een mogelijk besluit om de regio op zender 10 te zetten? Zijn hier kosten mee gemoeid? Zo ja, kunt u een gedetailleerde onderbouwing geven van deze eventuele kosten?

    Zie antwoord vraag 4.

  • Vraag 6
    Welke wet- en regelgeving zijn van belang bij een mogelijk besluit om de regio op zender 10 te zetten?

    In de Telecommunicatiewet en de Mediawet 2008 bepalingen opgenomen rond de doorgifte van zenders via elektronische communicatienetwerken. Er zijn op dit moment geen bepalingen opgenomen over zenderposities.

  • Vraag 7
    Wilt u deze vragen beantwoorden voor het commissiedebat lokale, regionale en streekomroepen op 5 oktober aanstaande?

    Ja.


Kamervraag document nummer: kv-tk-2023Z13475
Volledige titel: Een regionale zender
Kamerantwoord document nummer: ah-tk-20222023-3456
Volledige titel: Antwoord op vragen van het lid Werner over een regionale zender