Ingediend | 23 juni 2023 |
---|---|
Beantwoord | 14 september 2023 (na 83 dagen) |
Indiener | Bouchallikh |
Beantwoord door | Vivianne Heijnen (staatssecretaris infrastructuur en waterstaat) (CDA) |
Onderwerpen | natuur en milieu organisatie en beleid ruimte en infrastructuur water |
Bron vraag | https://zoek.officielebekendmakingen.nl/kv-tk-2023Z11780.html |
Bron antwoord | https://zoek.officielebekendmakingen.nl/ah-tk-20222023-3645.html |
Ja.
Ja, deze zorg wordt gedeeld, net als de wens om schade aan het milieu zoveel mogelijk te beperken. Indien er sprake is van schade dan kan een bedrijf hiervoor aansprakelijk worden gesteld door degenen die deze schade hebben geleden. De gemeenten Papendrecht, Sliedrecht, Molenlanden en Dordrecht hebben het voortouw genomen om een civielrechtelijke zaak aan te spannen tegen de bedrijven Chemours en DuPont. De betrokken gemeenten hebben de bedrijven Chemours en DuPont gezamenlijk aansprakelijk gesteld voor de financiële schade door verontreiniging met o.a. PFOA veroorzaakt door deze bedrijven. Op 23 april 2021 hebben de gemeenten naar buiten gebracht dat zij een volgende stap zetten en beide bedrijven dagvaarden en schadevergoeding eisen. Ook heeft de Provincie Zuid-Holland Chemours al officieel aansprakelijk gesteld maar nog geen zaak aangespannen.
Aansprakelijkheidsstelling via het privaatrecht is overigens maar een van de mogelijkheden om de impact van een bedrijf op het milieu zo klein mogelijk te houden. Vanuit de betrokken overheden worden de instrumenten ingezet die in de specifieke situatie het meest effectief zijn en passen bij het doel dat moet worden bereikt. Elk bedrijf in Nederland heeft zich te houden aan de geldende wet- en regelgeving, en aan alle vergunningen. Om ervoor te zorgen dat bedrijven zich aan de regels en vergunningen houden, bestaat bij uitstek het publiekrecht als middel. Het gaat dan om het aanscherpen van vergunningen en bij overtredingen om het opleggen van bestuursrechtelijke sancties zoals een last onder dwangsom. Dat gebeurt in de praktijk ook door de betreffende overheden die als bevoegd gezag zijn aangewezen. Ook kan gebruik worden gemaakt van wet- en regelgeving die specifiek is gericht op het doen herstellen van veroorzaakte milieuschade, zoals de Wet bodembescherming en Titel 17.2 Wet milieubeheer. Voor het Openbaar Ministerie (OM) bestaat de mogelijkheid om het strafrecht in te zetten bij milieuovertredingen als deze strafbaar zijn.
Informatievoorziening is een belangrijke pijler in de eigen verantwoordelijkheid van bedrijven richting haar omwonenden en zorgt voor een license to operate.
Op meerdere plekken wordt daarom gewerkt aan het versterken van de informatievoorziening in het stelsel voor vergunningverlening toezicht en handhaving (VTH).
Eén van de pijlers van het interbestuurlijk programma versterking VTH-stelsel (IBP VTH) richt zich op informatievoorziening. Doel van deze pijler is versterken van de informatievoorziening van het VTH-stelsel. Essentieel is het beschikbaar krijgen van data met een hoge datakwaliteit die door alle of meerdere VTH-partijen worden gebruikt en afspraken maken over standaarden voor opslag, ontsluiting, uitwisseling en presentatie van data en informatie, zodat partijen in staat worden gesteld data uit te wisselen en daarmee de informatiepositie van partijen in het VTH-stelsel verbetert en dit leidt tot effectievere en efficiëntere vergunningverlening, toezicht en handhaving. Een voorbeeld hiervan is de ontwikkeling van de ZZS-emissiedatabase op basis van de reeds bestaande wettelijke verplichting om de uitstoot van ZZS te rapporteren. Met de database heeft eenieder in de toekomst breder toegang tot de emissiegegevens van vergunningplichtige bedrijven.
Naast de pijler informatievoorziening zijn er ontwikkelingen omtrent de openbaarmaking van vergunningen en toezichts- en handhavingsinformatie in het IBP VTH. Zo wordt onderzocht onder welke voorwaarden gegevens die nu passief openbaar gemaakt moeten worden, actief openbaar gemaakt kunnen worden, zodat er een eenduidig openbaarmakingsregime geldt. Op dit moment zijn er steeds meer Omgevingsdiensten die handhavingsbesluiten actief publiceren.
Ook worden steeds meer gegevens zichtbaar via atlasleefomgeving.nl en wordt gewerkt aan een landelijke emissiedatabase voor zeer zorgwekkende stoffen. Via een website kan iedereen deze gegevens inzien. Door de Wet open overheid (Woo) en het verdrag van Aarhus is in Nederland ook veel milieu-informatie passief openbaar. Hiermee hebben omwonenden een belangrijk instrument om zelf ook zicht te houden op het functioneren en emissies van nabijgelegen bedrijven. Ook wordt momenteel bezien welke rol er voor de Altijd Actuele Digitale Vergunning (AADV) mogelijk is in het landelijke VTH-stelsel. Hierover is uw Kamer onlangs bericht2. Over de verdere voortgang van het IBP VTH wordt uw Kamer halfjaarlijks geïnformeerd.
Door in te zetten op het verbeteren van de informatievoorziening aan de zijde van de overheid en deze informatie ook te ontsluiten worden bedrijven gestimuleerd transparanter te zijn in hun eigen handelen.
Op regelmatige basis worden de vergunningen bezien en eventueel aangepast. De Provincie Zuid-Holland en Rijkswaterstaat (namens de Minister van IenW) hebben in oktober 2022 respectievelijk een vernieuwde Omgevingsvergunning en een Watervergunning verleend. De huidige Watervergunning, die op 11 oktober 2022 is afgegeven, is adequaat. Chemours heeft tegen de Omgevingsvergunning van de provincie Zuid-Holland en een eerder besluit uit 2019, de zogeheten derde ambtshalve wijziging, beroep ingesteld. Chemours heeft in haar beroep tegen de derde ambtshalve wijziging deels gelijk gekregen van de bestuursrechter. De Provincie Zuid-Holland heeft op 28 maart 2023 laten weten hoger beroep in te stellen tegen deze uitspraak bij de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State. Aangezien deze procedure nog loopt kunnen hier geen verdere uitspraken over worden gedaan.
In het recent verschenen rapport van de Onderzoeksraad voor Veiligheid (OvV) «Industrie en omwonenden»3 wordt geconcludeerd dat de gezondheid van omwonenden van de grote industrie niet altijd geborgd is en dat gemeenschappelijke van alle overheidslagen inspanningen hierop hard nodig zijn en blijven. Ook de casus Chemours/Du Pont is in dit rapport onderzocht. Het is dan ook noodzakelijk dat bedrijven hun uitstoot verlagen zodra er verhoogde gezondheidsrisico’s blijken te zijn.
Het is uiteraard onwenselijk dat omwonenden en anderen te maken hebben met (te) hoge concentraties van gevaarlijke stoffen in hun omgeving. Vanuit het Rijk wordt daarom onderzocht hoe de blootstelling aan PFAS omlaag kan worden gebracht.
De zorgplicht voor het beschermen en het verbeteren van het leefmilieu is neergelegd in artikel 21 van de Grondwet. De maatregelen die ter voldoening aan deze zorgplicht zijn getroffen, zijn neergelegd in het stelsel van wet- en regelgeving waaronder de Wet milieubeheer, de Wet bodembescherming, de Waterwet en de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht (Wabo). Zoals alle bedrijven en burgers dient ook Chemours zich aan deze wet- en regelgeving te houden en de op basis daarvan afgegeven vergunningen en vergunningvoorschriften. Indien dat niet het geval is kan het bevoegd gezag hiertegen handhavend optreden. Waar nodig is ook strafrechtelijk ingrijpen mogelijk door het OM.
Tegelijkertijd is het zo dat door de OvV is geconcludeerd dat zorgen over gezondheid blijven ondanks dat bedrijven voldoen aan de wettelijke normen en vergunningen. De wettelijke normen zijn namelijk niet altijd gericht op het volledig voorkomen van gezondheidseffecten. De Staatssecretaris van IenW gaat, in afstemming met de andere overheden, omwonenden en het bedrijfsleven aan de slag met de aanbevelingen uit het rapport en zal laten onderzoeken of en welke verbeteringen nodig zijn.4
Zie het antwoord op vraag 2 hierboven, en de beantwoording van vraag 22 van de schriftelijke vragen van het Lid Hagen c.s. (2023Z12309).
De gemeente Dordrecht heeft een uitgebreid dossier met alle relevante informatie op haar website geplaats. Hier is alle informatie te vinden over gezondheidsrisico’s en adviezen voor bijvoorbeeld zwemwater of een moestuin5. Indien inwoners uit omringende gemeentes aanvullend hierop vragen hebben kunnen zij hiervoor terecht bij de GGD Zuid-Holland-Zuid.
Als er sprake is van een medische indicatie voor zorg, wordt geneeskundige zorg vergoed vanuit de zorgverzekeringswet. De verantwoordelijk arts stelt vast of er sprake is van een medische zorgvraag, die ook met een medische behandeling (of geneesmiddel) verholpen of beperkt kan worden. De arts baseert zich hiervoor op richtlijnen. Er is geen aparte schadevergoeding voor het bijkomend leed dat teweeg is gebracht door de verontreiniging met PFAS rondom Chemours.
De controle van milieuvergunningen is een belangrijk onderdeel van het milieubeleid om ervoor te zorgen dat bedrijven zich houden aan de gestelde strikte voorwaarden en eisen. Bij de controle van milieuvergunningen worden diverse aspecten beoordeeld:
De metingen die door het bedrijf worden uitgevoerd zijn daarmee een onderdeel van de veel bredere controle op de vergunningsvoorwaarden. Zowel de monitoringsrapportages als de monitoring door het bevoegd gezag zijn bij hetzelfde bevoegde gezag op te vragen en beschikbaar op atlasleefomgeving.nl. Zie ook de beantwoording van vraag 3.
Het huidige kabinet heeft structureel 18 miljoen vrijgemaakt voor de versterking van het VTH-stelsel. Met het Interbestuurlijk Programma Versterking VTH-stelsel zet de Staatssecretaris van IenW de aanbevelingen van de commissie Van Aartsen om in echte investeringen. Naast IBP VTH zijn de omgevingsdiensten in dit kader financieel ondersteund. Aan deze zogenoemde specifieke uitkering heeft de Staatssecretaris van IenW onder andere 15 miljoen bijgedragen, daarnaast 1,5 miljoen euro aan het programmabureau, 5,1 miljoen euro aan subsidie voor ODNL en overige uitgaven voor het programma. Met dit programma is al veel bereikt. Zo is er een kennisvisie opgesteld, zijn er robuustheidscriteria vastgesteld en worden deze de komende tijd geïmplementeerd.
De Onderzoeksraad voor Veiligheid (OvV) concludeert in hun rapport «Industrie en omwonenden» (d.d. 13 april 2023) dat het niet vanzelfsprekend is dat de gezondheid van omwonenden voldoende wordt beschermd gezien de wijze waarop het stelsel in de praktijk vorm krijgt. De Raad heeft een aantal aanbevelingen geformuleerd om de bescherming van de gezondheid van omwonenden van industriële bedrijven te verbeteren. In het IBP VTH zetten we grote stappen om het stelsel te versterken (zie ook antwoord 11). Dit programma is nu halverwege de looptijd van 2 jaar. Het eerste jaar zijn binnen het IBP VTH veel plannen gemaakt, deze worden het komende jaar uitgevoerd. Overige verbetervoorstellen worden in de kabinetsreactie op het OvV rapport opgenomen. Deze reactie volgt voor het herfstreces.
Op 23, 26 en 29 juni jl. hebben verschillende fracties (GroenLinks, Volt, D66, PvdD, SP, PvdA) vragen gesteld aan de Minister van Infrastructuur en Waterstaat (IenW), de Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport (VWS) en mij over de recente berichtgeving over chemiebedrijf Chemours3. Voor de beantwoording van deze vragen is informatie nodig van onder andere Rijkswaterstaat, de provincie Zuid-Holland en het Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu. Daarom is meer tijd nodig voor de beantwoording. Ik zal de beantwoording zo spoedig mogelijk na het zomerreces aan uw Kamer doen toekomen, mede namens de Ministers van IenW en VWS.