Kamervraag 2023Z07806

Het in de problemen komen van de teelt van frietaardappelen door nieuwe Haagse regels

Ingediend 2 mei 2023
Beantwoord 31 mei 2023 (na 29 dagen)
Indiener Edgar Mulder (PVV)
Beantwoord door Piet Adema (minister landbouw, natuur en voedselkwaliteit) (CU)
Onderwerpen landbouw planten
Bron vraag https://zoek.officielebekendmakingen.nl/kv-tk-2023Z07806.html
Bron antwoord https://zoek.officielebekendmakingen.nl/ah-tk-20222023-2751.html
1. De Twentsche Courant Tubantia, 1 mei 2023, «Frietaardappel in de knel door nieuwe regels» (Stikstofregels rijden bakje friet in de wielen: straks alleen buitenlandse patat? | Binnenland | tubantia.nl)
2. De Twentsche Courant Tubantia, 1 mei 2023, «Boer Evenhuis rooit niet eerder Dan maar strafkorting» (Stikstofregels rijden bakje friet in de wielen: straks alleen buitenlandse patat? | Binnenland | tubantia.nl)
3. Rijksoverheid, Addendum op het 7e actieprogramma van de Nitraatrichtlijn (Addendum op het 7e actieprogramma Nitraatrichtlijn | Kamerstuk | rijksoverheid.nl)
  • Vraag 1
    Bent u bekend met de berichten «Frietaardappel in de knel door nieuwe regels» en «Boer Evenhuis rooit niet eerder Dan maar strafkorting»?1, 2

    Ja, ik ben hiermee bekend.

  • Vraag 2
    Deelt u de mening dat aardappelen voldoende rijp en moeten zijn afgehard voor een goede verwerking en het daarvoor noodzakelijk kan zijn dat ze in oktober nog in de grond zitten? Zo nee, waarom niet?

    De ondernemer stelt zelf vast wat het goede moment is om de aardappelen te oogsten. Het moment van oogsten zal onder andere worden bepaald met het oog op een goede verwerking van de producten. Het kan dus voorkomen dat aardappelen in oktober nog in de grond zitten. Uit de informatie die ik van de Commissie Deskundigen Meststoffenwet en de sector ontving, blijkt echter dat het overgrote deel van de aardappelen voor of uiterlijk in oktober wordt gerooid.

  • Vraag 3
    Deelt u de mening dat door het koude en natte voorjaar de aardappels later de grond in konden, daardoor de groei later begint en alles opschuift in de tijd?

    Het kan inderdaad voorkomen dat door een koud en nat voorjaar aardappels later gepoot kunnen worden en dat daardoor de groei later begint. Dit betekent echter niet per definitie dat alles opschuift in de tijd. De weersomstandigheden gedurende het seizoen zullen hiervoor medebepalend zijn.

  • Vraag 4
    Vindt u het ook zeer onrechtvaardig dat boeren kunnen worden gestraft als gevolg van weersomstandigheden?

    De regeling ter stimulering van vanggewassen op zand- en lössgrond wordt opgesteld met als doelstelling de verbetering van de waterkwaliteit. Vroege inzaai van vanggewassen is noodzakelijk om tot een verbetering van de waterkwaliteit te komen. Daarom is de maatregel in het 7e Actieprogramma Nitraatrichtlijn opgenomen en is daarmee onderdeel van de afspraken tussen de Europese Commissie en Nederland waar Nederland aan gebonden is. Uitgangspunt is dat ondernemers op uiterlijk 1 oktober een vanggewas inzaaien, maar de ondernemer heeft de keuze om óf op uiterlijk 1 oktober een vanggewas in te zaaien óf voor het jaar erna een korting op de stikstofgebruiksnorm te accepteren bij het later dan 1 oktober inzaaien van een vanggewas. Hiermee is er voor de ondernemer nog steeds de ruimte om weerseffecten te ondervangen en om het gewas ofwel in september te oogsten en op uiterlijk 1 oktober een vanggewas in te zaaien ofwel na 1 oktober te oogsten en een korting op de stikstofgebruiksnorm voor het volgende jaar toe te passen. Deze korting loopt op naargelang het vanggewas later wordt ingezaaid. Indien inzaai van het vanggewas tussen 2 oktober en 31 oktober plaatsvindt, volgt voor het opvolgende kalenderjaar een korting op de stikstofgebruiksnorm (5 kg N/ha bij inzaai vanggewas vanaf 2 oktober t/m 14 oktober, 10 kg N/ha bij inzaai vanggewas vanaf 15 oktober t/m 31 oktober en 20 kg N/ha bij inzaai vanggewas vanaf 1 november). Indien geen vanggewas wordt ingezaaid of dit na 31 oktober wordt ingezaaid, volgt de maximale korting. Deze korting is nodig ter compensatie van de verminderde opname van stikstof door het vanggewas indien het na 1 oktober wordt ingezaaid. Hiermee wordt beoogd de nadelige effecten op de waterkwaliteit van het laat oogsten van het hoofdgewas en het niet tijdig inzaaien van een vanggewas te corrigeren, zodat een verbetering van de waterkwaliteit kan worden bereikt.

  • Vraag 5
    Wat is uw reactie op de constatering uit de aardappelverwerkende industrie dat er geen capaciteit is om ineens alle aardappelen in september te verwerken?

    Uit de informatie die ik van de aardappelverwerkende industrie ontving, leid ik af dat 30–40% van het areaal aardappelen op zand- en lössgrond wordt geteeld. De aardappelverwerkende industrie geeft aan dat een deel daarvan nu niet voor 1 oktober geoogst wordt en een klein deel daarvan pas na 1 november wordt geoogst. Dit heeft met name te maken met de planning van de verwerking van de aardappelen door de verwerkende industrie. Vervroeging van de oogst heeft consequenties voor directe verwerking ofwel tijdelijke opslag van de aardappelen. Afhankelijk van de bedrijfsvoering hebben boeren echter opties om aardappelen te bewaren. Dit zorgt ervoor dat de aardappelverwerking verspreid kan worden over de tijd en niet alles in september verwerkt hoeft te worden. Zoals eerder aangegeven is het uitgangspunt dat ondernemers een vanggewas inzaaien op uiterlijk 1 oktober, maar hebben de ruimte, onder het accepteren van een korting op de stikstofgebruiksnorm in het volgende jaar, voor een latere inzaai te kiezen.

  • Vraag 6
    Is er voor het vaststellen van de betreffende regelgeving overleg geweest met de sector? Zo ja, kunt u dat toelichten? Zo nee, waarom niet?3

    Tijdens het voorbereiden van het 7e Actieprogramma Nitraatrichtlijn, het opstellen en de consultatie van de lijsten met vanggewassen en winterteelten is op verschillende momenten afstemming geweest (met een aantal) sector- en ketenpartijen.

  • Vraag 7
    Vindt u dit ook een naar voorbeeld van regelgeving, bedacht door praktijkkennis ontberende ambtenaren, dat vooral lijkt bedoeld om boeren weg te treiteren? Zo nee, waarom niet?

    De maatregel ter stimulering tot de inzaai van een vanggewas is onderdeel van het 7e Actieprogramma Nitraatrichtlijn, dat op 26 november 2021 is vastgesteld. Ter voorbereiding van het opstellen van de invulling van de betreffende regelgeving is advies gevraagd aan de Commissie Deskundigen Meststoffenwet (CDM). De CDM verstrekt onafhankelijke wetenschappelijke adviezen aan het Ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit. Met de adviezen van de CDM zijn de lijsten met vanggewassen en winterteelten opgesteld. Deze lijsten zijn vervolgens geconsulteerd en er is ook met een aantal sectorpartijen gesproken over de invulling van de gewaslijsten. Dit traject heeft op een aantal punten tot aanpassingen in de lijsten geleid. De aldus tot stand gekomen lijsten heb ik de Tweede Kamer doen toekomen. Met het stimuleren van het tijdig inzaaien van vanggewassen beoog ik een effectieve maatregel vast te stellen die een bijdrage levert aan de verbetering van de waterkwaliteit.

  • Vraag 8
    Wat gaat u aan dit beleid veranderen, zodat de akkerbouwsector niet zo zwaar wordt getroffen?

    Ik ben niet voornemens wijzigingen aan te brengen in de maatregel ter stimulering van de teelt van vanggewassen die volgt uit het 7e Actieprogramma Nitraatrichtlijn. De uitwerking van de bepaling heeft geleid tot een invulling van deze maatregel die proportioneel is en bijdraagt aan de verbetering van de waterkwaliteit.

  • Vraag 9
    Kunt u deze vragen beantwoorden voor het commissiedebat over Mestbeleid, dat staat ingepland op 1 juni?

    Ja.


Kamervraag document nummer: kv-tk-2023Z07806
Volledige titel: Het in de problemen komen van de teelt van frietaardappelen door nieuwe Haagse regels
Kamerantwoord document nummer: ah-tk-20222023-2751
Volledige titel: Antwoord op vragen van het lid Edgar Mulder over het in de problemen komen van de teelt van frietaardappelen door nieuwe Haagse regels