Ingediend | 6 oktober 2022 |
---|---|
Beantwoord | 28 november 2022 (na 53 dagen) |
Indieners | Salima Belhaj (D66), Alexander Hammelburg (D66) |
Beantwoord door | Hanke Bruins Slot (minister binnenlandse zaken en koninkrijksrelaties) (CDA) |
Onderwerpen | cultuur en recreatie organisatie en beleid |
Bron vraag | https://zoek.officielebekendmakingen.nl/kv-tk-2022Z18745.html |
Bron antwoord | https://zoek.officielebekendmakingen.nl/ah-tk-20222023-860.html |
Ja.
Het kabinet is van mening dat er in Nederland absoluut geen plaats is voor Jodenhaat, noch voor opruiing. Als echter blijkt dat tijdens dit event antisemitische uitspraken zijn gedaan en/of uitingen met een opruiende werking, dan ligt strafrechtelijke handhaving in de rede. Dit begint bij het doen van aangifte. Het is vervolgens aan de politie en het Openbaar Ministerie (OM) om de aangifte te onderzoeken en eventuele vervolgstappen te ondernemen.
Het kabinet maakt zich in algemene zin zorgen over de aantrekkingskracht van complottheorieën die zich recentelijk ook in Nederland van de uithoeken van het internet verspreid hebben naar de publieke opinie. Afhankelijk van de aard van de complottheorieën kan het openlijk en kritiekloos bespreken hiervan bijdragen aan de sociale acceptatie van antisemitisme, xenofobie of racisme. Verschillende bekende complottheorieën bevatten antisemitisme, bijvoorbeeld door holocaustontkenning of het wegzetten van de joodse gemeenschap als geheime «elite» die de wereld zou regeren. Ook kunnen theorieën gepaard gaan met anti-overheidsnarratieven, waarbij de overheid wordt weggezet als het vrijheid-inperkende «kwaad». Zorgelijk is bijvoorbeeld de aanmoediging van kwetsbare mensen om geen belasting meer te betalen, waardoor zij in grote financiële problemen kunnen komen. Complottheorieën kunnen uiting geven aan grieven, aan wantrouwen of aan behoefte aan verbondenheid, maar soms ook worden aangehaald om verregaande acties rechtvaardigen. Naast polarisatie of een duidelijke extremistische component, met opruiing, huisbezoeken, bedreigingen en zelfs geweld als mogelijk gevolg, kan de verspreiding van complottheorieën afbreuk doen aan het publieke vertrouwen in de democratische instituties.
In hoeverre dit ook geldt voor het evenement in Ahoy en de beweging hierachter in relatie tot het Dreigingsbeeld Terrorisme Nederland, is op dit moment niet te beantwoorden. Dit komt omdat er vanuit de Nationaal Coördinator Terrorismebestrijding en Veiligheid (NCTV) op dit moment geen direct zicht is op de mogelijke opruiende of antisemitische ideeën die geuit zijn tijdens het desbetreffende evenement, en of deze online navolging vinden.
De achtergrond van dit antwoord hangt samen met het feit dat de NCTV momenteel sterk beperkt is in de uitvoering van zijn taken omdat er geen gebruik gemaakt kan worden van online monitoring van open bronnen, waaronder social media.
De grondslag voor de analysetaken van de NCTV (de Wet verwerking persoonsgegevens coördinatie en analyse terrorismebestrijding en nationale veiligheid) is momenteel in behandeling. Ik verwacht u voor het einde van dit jaar de nota van wijziging te sturen. In afwachting daarvan zijn deze taken opgeschort waar het gaat om het bezien van online open bronnen zoals Twitter of Facebook.
Zie antwoord vraag 2.
Zie antwoord vraag 2.
Ik neem de aanpak van antisemitisme zeer serieus. Recente gebeurtenissen en ontwikkelingen geven aan dat deze aandacht niet kan verslappen. De afgelopen jaren is antisemitisme meer zichtbaar geworden in de maatschappij. Tijdens de COVID-19 pandemie kwamen bijvoorbeeld allerlei klassieke antisemitische samenzweringstheorieën en mythes bovendrijven. Ook schrijft de Nationaal Coördinator Antisemitismebestrijding (Coördinator) in zijn werkplan dat antisemitisme gedijt en zich vormt naar thema’s die maatschappelijke onrust veroorzaken. Op dit moment zijn COVID-19 en de Russische inval in Oekraïne sprekende voorbeelden. Uit een onderzoek naar online antisemitisme in Nederland in 2020, in opdracht van het Centrum Informatie en Documentatie Israël (CIDI) en het Centraal Joods Overleg (CJO), bleek dat van bijna twee miljoen berichten gerelateerd aan het jodendom ruim 200.000 (ongeveer 11%) als antisemitisch3 werd herkend. Het streven is om de komende jaren online antisemitisme beter in kaart te brengen.
Daarnaast geven verschillende cijferbronnen informatie over het aantal meldingen, incidenten, of discriminatiefeiten van de grond antisemitisme. In de cijfers van de politie, het Openbaar Ministerie (specifieke discriminatiefeiten) en het CIDI is in het jaar 2021 ten opzichte van het jaar 2020 een lichte stijging te zien. Het aantal incidenten van antisemitisme dat werd gemeld bij de politie in 2021 steeg naar 627 ten opzichte van het jaar 2020, waar 517 incidenten gemeld werden. In 2019 was het aantal antisemitisme-incidenten hoger dan in 2020 en 2021, met 768 incidenten. Bij de antidiscriminatievoorzieningen kwamen in 2021 75 meldingen van antisemitisme binnen, ten opzichte van 82 meldingen in 2020.4 Bij het Openbaar Ministerie werd de grond antisemitisme in 2021 58 keer geregistreerd bij specifieke discriminatiefeiten5, ten opzichte van 38 keer in 2020. Bij de codis-feiten6 werd de grond antisemitisme in 2020 en 2021 even vaak geregistreerd (27 keer).7 Het CIDI registreerde in 2021 in totaal 183 antisemitische incidenten, ten opzichte van 135 in 2020 en 182 incidenten in 2019.8
Om Jodenhaat aan te pakken wordt op verschillende manieren en via verschillende pijlers ingezet. Ik verwijs daarbij ook naar het werkplan van de Nationaal Coördinator Antisemitismebestrijding dat op 6 oktober jl. aan uw Kamer is aangeboden.9 Het werkplan vormt het uitgangspunt voor concrete acties in de strijd tegen antisemitisme, onder andere op de onderwerpen monitoren en opvolgen, onderwijs en preventie en herdenken en vieren. Het werkplan van de Coördinator beschrijft de aanpak van de bestrijding van antisemitisme langs 3 pijlers, te weten 1) monitoren en opvolgen, 2) onderwijs en preventie en 3) herdenken en vieren. Het werkplan bevat verder maatregelen, die toezien op het tegengaan van Holocaustverdraaiing en antisemitische parabelen, die dikwijls onderdeel uitmaken van complottheorieën, middels de strafrechtketen, educatie en (online) campagnes.
Daarnaast kan antisemitisme strafrechtelijk worden aangepakt. Het Openbaar Ministerie gaat over tot vervolging als uit een aangifte blijkt dat sprake is van uitingen die strafbaar zijn op basis van de discriminatieartikelen in het Wetboek van Strafrecht.
Met elkaar blijven we ons inzetten, zodat antisemitisme geen plaats kan krijgen in onze samenleving.
Hoe het beste tegen complottheorieën en de gevolgen daarvan kan worden opgetreden, verschilt per geval en is een brede opgave voor ons allemaal. De ene theorie is immers schadelijker of verontrustender dan de andere. Daarnaast geldt dat complottheorieën niet automatisch strafbaar zijn of als desinformatie gelden. Vrijheid van meningsuiting is het uitgangspunt. Deze is echter niet onbegrensd. Er zijn complottheorieën waar we duidelijk op moeten acteren. Zoals blijkt uit het Dreigingsbeeld Terrorisme Nederland (DTN) van 7 november jl. kan het kritiekloos bespreken en normaliseren van sommige complottheorieën leiden tot polarisatie, afbreuk aan het publieke vertrouwen in de instituties van de democratische rechtsorde, haat tegen andersdenkenden of zelfs inspireren tot (terroristisch) geweld. Voor dergelijke complottheorieën, met dusdanig ernstige gevolgen, is wat mij betreft geen plek in onze samenleving. Daar moeten we ons, met zijn allen, tegen uitspreken. Daar waar het leidt tot strafbare feiten, zoals bedreiging, opruiing, haatzaaiing, geweld of discriminatie kan hiertegen opgetreden worden door het Openbaar Ministerie.
In mijn brief van 7 november jl.10 is aangekondigd dat de NCTV met alle betrokken partners zal werken aan een extremismestrategie. Hierbij zal onder meer worden uitgewerkt op welk punt de aanpak tegen schadelijke complottheorieën versterkt kan worden.
Hierbij deel ik u mede dat de schriftelijke vragen van de leden Belhaj en Hammelburg (beiden D66), van uw Kamer aan de Minister van Justitie en Veiligheid over het verspreiden van antisemitische complottheorieën in Ahoy (ingezonden 6 oktober 2022) niet binnen de gebruikelijke termijn kunnen worden beantwoord, aangezien nog niet alle benodigde informatie is ontvangen. Ik streef ernaar de vragen zo spoedig mogelijk te beantwoorden.