Kamervraag 2022Z17233

Dat er wederom racistisch nepnieuws is verspreid door Ongehoord Nederland

Ingediend 19 september 2022
Beantwoord 29 september 2022 (na 10 dagen)
Indiener Stephan van Baarle (DENK)
Beantwoord door Gunay Uslu (staatssecretaris onderwijs, cultuur en wetenschap) (D66)
Onderwerpen cultuur en recreatie media
Bron vraag https://zoek.officielebekendmakingen.nl/kv-tk-2022Z17233.html
Bron antwoord https://zoek.officielebekendmakingen.nl/ah-tk-20222023-102.html
1. Uitzending Ongehoord Nederland van 15 september 2022.
2. Artikel 3b, aanhef en onder a Mediabesluit 2008.
3. Artikel 3b, aanhef en onder b Mediabesluit 2008.
  • Vraag 1
    Bent u bekend met het feit dat bij Ongehoord Nederland tijdens een uitzending is beweerd dat «blanken» in elkaar worden geslagen door mensen van kleur en dat dit veel gebeurt?1

    Ja, daar ben ik mee bekend.

  • Vraag 2
    Wat vindt u van deze uiting? Keurt u deze af?

    De redactionele onafhankelijkheid van mediaorganisaties is een groot goed. Het mediawettelijk systeem zit zo in elkaar dat ik als bewindspersoon geen oordeel vel over de inhoud van de programmering. De NPO Ombudsman en het Commissariaat voor de Media toetsen elk vanuit hun eigen rol of publieke omroepen zich aan respectievelijk de journalistieke codes en de Mediawet houden.
    De NPO Ombudsman heeft naar aanleiding van de uitzending en klachten die zij daarover heeft ontvangen aangekondigd de uitzending te onderzoeken. De NPO heeft daarnaast aan het Commissariaat voor de Media verzocht om te onderzoeken of de uitzending van Ongehoord Nederland voldoet aan de kaders van de Mediawet. Om ervoor te kunnen zorgen dat eenieder zijn rol binnen het mediabestel goed kan vervullen, loop ik niet vooruit op uitspraken van de NPO Ombudsman en het Commissariaat.

  • Vraag 3
    Vindt u dat dit racistisch nepnieuws is?

    Zie antwoord vraag 2.

  • Vraag 4
    Vindt u dat de betreffende uitzending niet past bij de wettelijke taak van de publieke omroep en de opdracht die omroepen hebben? Zo nee, waarom niet?

    Zie antwoord vraag 2.

  • Vraag 5
    Wat vindt u ervan dat op de publieke omroep door Ongehoord Nederland het n-woord is gebruikt? Keurt u dit af?

    Zie antwoord vraag 2.

  • Vraag 6
    Vindt u dat het gebruik van het n-woord niet past bij de rol van de publieke omroep?

    Zie antwoord vraag 2.

  • Vraag 7
    Heeft u de Commissariaat voor de Media verzocht om een onderzoek in te stellen naar Ongehoord Nederland?

    Tijdens het commissiedebat over de hoofdlijnenbrief media heb ik u toegezegd aan het Commissariaat te vragen om een onderzoek te doen naar aanleiding van een uitzending van Ongehoord Nederland. Het Commissariaat heeft mij inmiddels laten weten onderzoek te doen naar de betrouwbaarheid van journalistiek bij de publieke omroep. De vraag hoe de uitzendingen van Ongehoord Nederland zich verhouden tot de Mediawet wordt hierbij meegenomen. Het Commissariaat heeft laten weten dit onderzoek in het tweede kwartaal van 2023 op te leveren. In verband met de onrust die de uitzending heeft veroorzaakt, heb ik het Commissariaat per brief ter overweging gegeven het onderzoek naar de uitzending van Ongehoord Nederland prioriteit te geven. Een afschrift van de brief stuur ik u als bijlage mee.

  • Vraag 8
    Zo ja, wanneer vindt dit onderzoek plaats?

    Zie antwoord vraag 7.

  • Vraag 9
    Welke mogelijkheden heeft u om in te grijpen, indien een omroep zich niet aan de opdracht en de wettelijke taak houdt?

    Conform de Mediawet kan ik de erkenning van een omroep intrekken als een omroep tweemaal een sanctie van de NPO of tweemaal een sanctie van het Commissariaat heeft ontvangen. Ook kan ik een erkenning intrekken indien de raad van bestuur van de NPO aangeeft dat een omroep niet voldoende bereid is om samen te werken of als uit twee evaluaties blijkt dat een omroep niet voldoende bijdraagt aan de publieke media-opdracht. Ik wil niet op dit proces vooruitlopen.

  • Vraag 10
    Bent u voornemens om vanuit uw rol stappen te ondernemen tegen Ongehoord Nederland? Zo nee, waarom niet?

    Zie antwoord vraag 9.

  • Vraag 11
    Vindt u dat betreffende uiting in de uitzending van Ongehoord Nederland mogelijk aanzet tot haat of geweld jegens een groep? Zo nee, waarom niet?

    Het is niet aan mij als bewindspersoon om dit te beoordelen. Een rechter kan op basis van het strafrecht beoordelen hoe uitingen in de uitzending gekwalificeerd moeten worden.

  • Vraag 12
    Vindt u dat de NPO moet optreden tegen Ongehoord Nederland? Zo nee, waarom niet?

    Het is niet aan mij om dit te beoordelen. De NPO opereert onafhankelijk en gaat zelf over welke stappen zij ondernemen.

  • Vraag 13
    Vindt u dat de betreffende uitzending niet «evenwichtig, pluriform, gevarieerd en kwalitatief hoogstaand» is?2

    Dat is op dit moment niet aan mij om te beoordelen. Pas op het moment dat ik als bewindspersoon aan zet ben op basis van het mediawettelijke proces zoals geschetst in het antwoord op vraag 10, beraad ik mij op eventuele vervolgstappen.

  • Vraag 14
    Vindt u dat de betreffende uitzending niet «op evenwichtige wijze een beeld van de samenleving geeft en de pluriformiteit van onder de bevolking levende overtuigingen, opvattingen en interesses op maatschappelijk, cultureel en levensbeschouwelijk gebied weerspiegelt»?3

    Zie antwoord vraag 13.

  • Vraag 15
    Vindt u dat Ongehoord Nederland uit het publieke omroepbestel gegooid moet worden? Zo nee, waarom niet?

    Zie antwoord vraag 13.


Kamervraag document nummer: kv-tk-2022Z17233
Volledige titel: Dat er wederom racistisch nepnieuws is verspreid door Ongehoord Nederland
Kamerantwoord document nummer: ah-tk-20222023-102
Volledige titel: Antwoord op vragen van het lid Van Baarle over dat er wederom racistisch nepnieuws is verspreid door Ongehoord Nederland