Ingediend | 11 augustus 2022 |
---|---|
Beantwoord | 20 september 2022 (na 40 dagen) |
Indiener | Alexander Kops (PVV) |
Beantwoord door | Rob Jetten (minister zonder portefeuille economische zaken) (D66) |
Onderwerpen | energie financiën inkomensbeleid natuur en milieu |
Bron vraag | https://zoek.officielebekendmakingen.nl/kv-tk-2022Z15514.html |
Bron antwoord | https://zoek.officielebekendmakingen.nl/ah-tk-20222023-1.html |
Ja.
Het kabinet heeft volle aandacht voor de hoge energierekening van huishoudens en de impact hiervan op de koopkrachtontwikkeling. De prijzen zijn sinds het najaar fors gestegen en de impact hiervan wordt steeds zichtbaarder. Bij overzichten van prijzen in andere EU-landen wordt voor wat de Nederlandse situatie betreft vaak uitgegaan van cijfers voor nieuwe variabele contracten, die duurder zijn dan bestaande contracten, terwijl voor andere landen een gewogen gemiddelde wordt gehanteerd.
Daarnaast worden de meeste maatregelen die dit jaar getroffen zijn door het kabinet om de gevolgen te compenseren, zoals de energietoeslag, hierin niet meegenomen. Een dergelijke vergelijking geeft dus niet altijd een volledig beeld. Desondanks deelt het kabinet de zorg over de gevolgen van deze stijging en houdt daarmee ook rekening bij de begroting van 2023.
De gasprijs ligt in Nederland volgens dit overzicht hoger dan in de rest van Europa, wat het kabinet zorgen baart. De verschillen met sommige landen zullen waarschijnlijk gedeeltelijk aan de specifieke marktomstandigheden en gedeeltelijk aan de presentatie van de data te wijten zijn.
Zoals aangegeven in het antwoord op vraag 2 is het van belang om de kanttekeningen bij het overzicht waarnaar verwezen wordt in overweging te nemen. Door deze beperkingen kan niet eenduidig geconcludeerd worden op basis van dit overzicht dat de verschillen in consumentenprijzen voor aardgas tussen Europese landen direct gerelateerd kunnen worden aan de specifieke energiemix.
Zoals aangegeven in het antwoord op vraag 2 heeft het kabinet dit jaar een fors pakket koopkrachtmaatregelen getroffen. Ik ben van mening dat het kabinet veel doet, ook in vergelijking met andere landen, om steun te bieden aan huishoudens. De ontwikkelingen volgen elkaar snel op en de effectiviteit van de maatregelen is niet uitsluitend afhankelijk van het totale budget dat ingezet wordt. Er dient vooral gekeken te worden naar het effect op de huishoudens die deze steun nodig hebben. De Europese Commissie houdt een overzicht bij van haar besluiten in het kader van staatssteunbesluiten onder het Temporary Crisis Framework. Ik verwijs u graag naar dit overzicht voor de door lidstaten getroffen maatregelen.3
Het kabinet heeft dit jaar circa 7 miljard euro aan koopkrachtmaatregelen getroffen, waarvan circa 6,5 miljard euro gericht aan (kwetsbare) huishoudens. Het kabinet heeft zich ingezet om de steun te richten op kwetsbare huishoudens, zodat het beschikbare budget zoveel als mogelijk terecht komt bij de huishoudens die dit ook het hardst nodig hebben. Zo heeft het kabinet circa 1,4 miljard uitgetrokken voor een tegemoetkoming van 1.300 euro aan huishoudens met een laag inkomen, terwijl er bijvoorbeeld in Oostenrijk met circa de helft van dit budget een bedrag van 150 euro compensatie aan huishoudens geboden wordt. Daarbij is het ook van belang om integraal naar de koopkrachtontwikkeling te kijken.
Zoals aangegeven wordt er momenteel gekeken naar de koopkrachtontwikkeling en wat mogelijk is om huishoudens aanvullend tegemoet te komen aan de hoge inflatie. Hierbij gaat de voorkeur uit naar gerichte maatregelen, omdat deze effectiever ingezet kunnen worden om de huishoudens die de steun het hardst nodig hebben te helpen. Hierover wordt uw Kamer met Prinsjesdag geïnformeerd.
Zie antwoord vraag 4.
Het kabinet heeft volle aandacht voor de hoge energierekening van huishoudens en de impact hiervan op de koopkrachtontwikkeling. De prijzen zijn sinds het najaar fors gestegen en de impact hiervan wordt steeds zichtbaarder. Het kabinet kijkt integraal naar de koopkrachtontwikkeling en neemt daarbij de ontwikkeling van de energieprijzen mee. Het is helaas niet mogelijk om de inflatie voor iedereen overal voor alle gevolgen volledig te compenseren. Mede gelet op de ontwikkelingen, zit het kabinet niet stil. Zonder hulp zouden er immers mensen in betalingsproblemen komen. Zo heeft het kabinet voor dit jaar een pakket aan maatregelen getroffen. Daarin worden onder andere de energiebelastingen, de brandstofaccijnzen en de btw op energie verlaagd. Tevens wordt een energietoeslag van € 1.300 via de gemeenten verstrekt. Op Prinsjesdag wordt uw Kamer hierover geïnformeerd, naast de koopkrachtmaatregelen die het kabinet wil nemen om huishoudens te ondersteunen.
Zie antwoord vraag 6.
Zie antwoord vraag 6.
De vragen van de leden Kops en Wilders (PVV) over de Nederlandse gasprijs als hoogste in Europa (2022Z15514) en het lid Van Haga (Groep Van Haga) over de hoge gasprijs in Nederland in vergelijking tot de rest van de Europese Unie (kenmerk 2022Z15501) kunnen niet binnen de gebruikelijke termijn worden beantwoord. De reden van het uitstel is dat er interdepartementale afstemming nodig is. Ik zal uw Kamer zo spoedig mogelijk de antwoorden op de vragen doen toekomen.