Ingediend | 24 mei 2022 |
---|---|
Beantwoord | 10 oktober 2022 (na 139 dagen) |
Indieners | Inge van Dijk (CDA), Lucille Werner (CDA) |
Beantwoord door | Robbert Dijkgraaf (minister onderwijs, cultuur en wetenschap) (D66), Conny Helder (minister zonder portefeuille volksgezondheid, welzijn en sport) (VVD) |
Onderwerpen | cultuur en recreatie sport |
Bron vraag | https://zoek.officielebekendmakingen.nl/kv-tk-2022Z10260.html |
Bron antwoord | https://zoek.officielebekendmakingen.nl/ah-tk-20222023-246.html |
Ja
Homofobie en negatieve uitingen horen niet thuis in de sport en dus ook niet in het voetbal. Het is niet goed dat profvoetballers een onvoldoende geven aan de acceptatie van homoseksuele personen en dat de cijfers nog lager liggen als het gaat om de ervaren acceptatie door supporters. Wij vinden het echter positief dat uit het onderzoek van het Mulier Instituut blijkt dat een overgrote meerderheid van de mannelijke profvoetballers zelf geen enkel probleem heeft met homoseksualiteit en dat zij een homoseksuele medespeler openlijk zouden steunen.
Het is natuurlijk aan voetballers zelf om al dan niet uit de kast te komen, maar zo lang de angst voor negatieve reacties de boventoon voert, kan dit een extra drempel zijn.
Zie antwoord vraag 2.
Zie antwoord vraag 2.
Wij zien dit ook. Het klimaat is helaas nog niet goed genoeg voor voetballers om uit de kast te komen. De aanpak van homofobie in het voetbal is een gezamenlijke opdracht van ons allemaal. Het is daarom belangrijk dat clubs, trainers en voetbalspelers zich hier luid en duidelijk tegen uitspreken. Deze opgave ligt echter niet alleen bij het voetbal. Het is belangrijk dat fans en anderen ook stellingnemen. De stevige inzet van roze voetbalverenigingen en de KRO-NCRV campagne #Spreekjeuit -onlinecampagne tegen homofobe spreekkoren in voetbalstadions- zijn hier goede voorbeelden van.
Vanuit de voetbalwereld en de rijksoverheid wordt met het programma «Ons voetbal is van iedereen»(OVIVI)1 ingezet op een effectieve aanpak van discriminatie en racisme waarbij antisemitische, homofobe en racistische uitingen, gedragingen of spreekkoren op en rond de voetbalvelden niet wordt getolereerd. Hiernaast werkt de KNVB aan het vergroten van de toegankelijkheid van lhbtiq+ personen in het amateurvoetbal. Dit doet de KNVB door middel van een intern aangestelde werkgroep die vanuit verschillende disciplines, in samenwerking met NOC*NSF, (externe) experts en andere bonden, werkt.
We weten echter dat een cultuuromslag niet in één dag is gemaakt. Er is meer bewustzijn nodig binnen het (betaald) voetbal. Daarom steunt het kabinet naast OVIVI ook de Alliantie Gelijkspelen2. De Alliantie zet zich in om lhbtiq+ in de sport te bevorderen. De alliantie is een samenwerkingsverband van verschillende organisaties om de toegankelijkheid voor en acceptatie van lhbtiq+ personen in de sport te bevorderen. Dit doet de Alliantie samen met gemeenten, provincies en (lokale) sportorganisaties. Door middel van onder meer workshops, onderwijslessen, opleiding, evenementen en onderzoek.
Nee, maar we hebben er wel degelijk over gehoord.
Ja, we zien dat homofobie op deze manier voorkomt in zowel het hockey als het voetbal en mogelijk ook in andere sporten.
Het kabinet keurt elke vorm van intolerantie af, bij de aanpak van discriminatie en racisme wordt geen onderscheid gemaakt in prioritering naar discriminatiegrond.
Ja, wij zijn voortdurend in gesprek met de JBF. Zo steunen de Ministeries van OCW en VWS de «Alliantie Gelijk Spelen» en de «Alliantie Sport en bewegen voor iedereen» waar de John Blankenstein Foundation ook deel van uit maakt.
Op 24 mei 2022 hebben de leden Werner en Inge van Dijk (beiden CDA) schriftelijke vragen gesteld over het bericht «Engelse voetballer komt uit de kast, nu nog in Nederland». Tot mijn spijt is beantwoording binnen de gestelde termijn niet mogelijk. De reden voor uitstel is dat de beantwoording zorgvuldige interdepartementale afstemming vergt. Ik zal, mede namens de Minister van Langdurige Zorg en Sport, de vragen zo snel mogelijk beantwoorden.