Ingediend | 17 februari 2022 |
---|---|
Beantwoord | 9 maart 2022 (na 20 dagen) |
Indiener | Bouchallikh |
Beantwoord door | Vivianne Heijnen (staatssecretaris infrastructuur en waterstaat) (CDA) |
Onderwerpen | spoor verkeer |
Bron vraag | https://zoek.officielebekendmakingen.nl/kv-tk-2022Z03027.html |
Bron antwoord | https://zoek.officielebekendmakingen.nl/ah-tk-20212022-1997.html |
Ja.
Ik vind het belangrijk dat de veiligheid van omwonenden van het emplacement geborgd is en dat het vervoer van gevaarlijke stoffen plaats kan vinden. Ik wil benadrukken dat de veiligheid voor omwonenden en vervoerders op dit moment niet in het geding is. ProRail heeft het afgelopen jaar aanvullende veiligheidsmaatregelen getroffen die met bevoegd gezag zijn afgestemd. Eind 2021 heeft het Ministerie van Infrastructuur en Waterstaat aanvullend budget beschikbaar gesteld voor het project.2
ProRail heeft de gemeente Rotterdam en het Ministerie van Infrastructuur en Waterstaat geïnformeerd over een verwacht tekort op het project om de brandblusvoorzieningen in de Rotterdamse haven op orde te brengen. Mede gegeven de omvang en de onzekerheid van het tekort werkt ProRail aan een nadere onderbouwing van de huidige raming en verklaring van het tekort. Daarnaast heb ik ProRail gevraagd om deze raming extern te laten toetsen, de risico’s ten aanzien van scope en planning te benoemen en te beheersen en te duiden wat de gevolgen zijn als het emplacement Waalhaven Zuid per 1 januari 2023 moet sluiten. Op basis van dit beeld kan ik overgaan tot besluitvorming. Ondertussen gaan de werkzaamheden door.
Ja. ProRail heeft een extern onderzoek laten uitvoeren naar de tekortkomingen in de Rotterdamse haven. Uw Kamer is hier op 5 oktober 2020 over geïnformeerd3. Ook heb ik uw Kamer in het voorjaar van 2021 nog geïnformeerd dat het aantal overtredingen in 2020 is toegenomen4. Via de kopgroep Rotterdam, waar de gemeente Rotterdam, veiligheidsregio, omgevingsdienst, havenbedrijf Rotterdam, het Ministerie van Infrastructuur en Waterstaat en ProRail aan deelnemen, wordt de voortgang van het oplossen van de verschillende overtredingen besproken. Via de voortgangsrapportage van de beheerconcessie wordt uw Kamer hier ook jaarlijks over geïnformeerd.
ProRail is met alle betrokken partijen in overleg om een oplossing te vinden, met als inzet dat er veilig kan worden gerangeerd op de Waalhaven Zuid. De kopgroep Rotterdam wordt hier ook in betrokken. Zoals eerder aangegeven kan ik tot besluitvorming overgaan zodra er een stabiel beeld is. Dit doe ik in afstemming met de leden van de kopgroep Rotterdam.
Zoals in antwoord 2 aangegeven ben ik geïnformeerd door ProRail. ProRail heeft ook aangegeven tijd nodig te hebben om de huidige scope, raming, planning en risico’s verder te onderbouwen en is daarbij mede afhankelijk van het bevoegd gezag door afspraken te maken over de exacte uitvoering van voorzieningen. Zodra er een stabiel beeld is kan ik overgaan tot besluitvorming over het tekort.
Zoals aangegeven in antwoord 2 heb ik ProRail gevraagd in kaart te brengen wat de gevolgen zijn voor het vervoer van gevaarlijke stoffen als het emplacement Waalhaven Zuid per 1 januari 2023 moet sluiten. Naar verwachting zal dit een groot effect hebben op het vervoer van goederen over spoor van en naar de Rotterdamse haven. Uitkomsten hiervan zal ik voor de zomer met uw Kamer delen.
Mijn ministerie is in overleg met ProRail, de gemeente Rotterdam, havenbedrijf Rotterdam, omgevingsdienst en veiligheidsregio om tot een oplossing te komen. Wanneer ik een besluit heb genomen over het tekort zal ik u hier over informeren, naar mijn verwachting zal dit voor de zomer zijn.
Ik heb geprobeerd uw vragen zo snel mogelijk te beantwoorden.