Ingediend | 27 juli 2021 |
---|---|
Beantwoord | 13 september 2021 (na 48 dagen) |
Indieners | Peter Valstar (VVD), Thom van Campen (VVD) |
Beantwoord door | Carola Schouten (viceminister-president , minister landbouw, natuur en voedselkwaliteit) (CU) |
Onderwerpen | landbouw organisatie en beleid planten |
Bron vraag | https://zoek.officielebekendmakingen.nl/kv-tk-2021Z14022.html |
Bron antwoord | https://zoek.officielebekendmakingen.nl/ah-tk-20202021-4018.html |
Ja.
Ja, Jacobskruiskruid produceert zogenaamde pyrrolizidine alkaloïden (PA’s), net als een groot aantal andere inheemse plantensoorten. PA’s zijn niet direct giftig, maar worden omgezet in giftige pyrrolen in de lever. PA’s zitten in de hele plant, met de hoogste concentratie in de bloemen. In het veld wordt Jacobskruiskruid niet gegeten door grazende dieren vanwege de bittere smaak. In gekuild gras en hooi verliest het de bittere smaak waardoor dieren het toch kunnen binnenkrijgen. Pyrrolen tasten de lever aan, zowel door het eten van veel planten in korte tijd (acute vergiftiging) als door het eten van kleinere hoeveelheden gedurende een langere periode (chronische vergiftiging). Een hoeveelheid vanaf 3% (koeien) tot 7% (paarden) van het lichaamsgewicht aan jacobskruiskruid leidt tot leverfalen en kan zelfs tot de dood leiden. Schapen en geiten zijn 10 tot 15 keer minder vatbaar voor de giftigheid van Jacobskruiskruid omdat bacteriën het gif in de maag afbreken.
Ik ben niet op de hoogte van deze uitspraak uit 2004. Het klopt niet dat een toename van de vlinder ervoor kan zorgen dat er minder planten overblijven. Sinds 2004 is geen sprake van een grote verandering.
Er is weinig bekend over het daadwerkelijk aantal dieren dat ziek is geworden of is overleden als gevolg van vergiftiging door het jacobskruiskruid. Volgens de Rijksuniversiteit Utrecht komt vergiftiging van paarden door jacobskruiskruid weinig voor en zijn er slechts weinig bevestigde gevallen. Waarschijnlijk gaat het om enkele tientallen paarden per jaar die ziek worden of dood gaan door het eten van jacobskruiskruid. Bij Royal GD (de Gezondheidsdienst voor Dieren) zijn de laatste drie jaar geen gevallen bekend van ziekte of sterfte bij rundvee door jacobskruiskruid.
Het jacobskruiskruid is een algemene soort die in heel Nederland voorkomt. Het Basisrapport voor Rode Lijst vaatplanten 2012 dat in 2015 is gepubliceerd3, laat zien dat de verspreiding van de soort is toegenomen sinds 1950. Meetgegevens van FLORON laten zien dat er de afgelopen tien jaar geen sprake meer is van een toename4. Wetenschappers vermoeden dat de massale bloei en toename van dit jaar te maken heeft met de droge zomers van de afgelopen jaren. Hierdoor zijn meer open plekken ontstaan in bermen, waar een pionierssoort als jacobskruiskruid gebruik van maakt5. Ook kan het zijn dat de soort, door veranderd maaibeheer ten gunste van de biodiversiteit, vaker bloeiend wordt waargenomen. De toename van de soort wordt volgens wetenschappers verklaard door een combinatie van verschillende factoren. Hoewel jacobskruiskruid vroeger wel is ingezaaid in bermmengsels, heeft de soort zich voornamelijk op eigen kracht verspreid,.
Zoals ik in het antwoord op vraag 5 aangeef is het jacobskruiskruid wijdverspreid in Nederland. De plant verspreidt zich vooral via (schrale) wegbermen, waardoor er een belangrijke verantwoordelijkheid ligt bij de weg(berm)beheerders. Dit zijn Rijkswaterstaat, provincies en gemeenten. Verschillen in aanpak zijn daardoor onvermijdelijk. Dit hoeft geen probleem te vormen omdat lokaal maatwerk juist wenselijk is. Niet op alle plekken vormt de verspreiding van het jacobskruiskruid immers een risico en niet overal is daarom bestrijding van het jacobskruiskruid gewenst, ook gezien de waarde van de soort voor de biodiversiteit. Provincies, verantwoordelijk voor het natuurbeleid, propageren dan ook maatwerk ten aanzien van het jacobskruiskruid, zowel vanuit hun verantwoordelijkheid voor de bermen van de eigen provinciale wegen als meer ten algemene richting andere weg(berm)beheerders.
Zie antwoord vraag 6.
Zoals ik in het antwoord op vraag 4 aangeef gaat het waarschijnlijk om een klein aantal dieren per jaar. Dat betreur ik, maar dit vormt geen aanleiding om hier beleid voor op te stellen.
Ik ben van mening dat dit lokaal kan worden opgelost in goed overleg met de beheerders van aangrenzende terreinen. Het is vooral van belang dat hooiland vrij wordt gehouden van de plant. Exemplaren in een weide waar paarden of rundvee grazen kunnen geen kwaad zolang er voldoende ander voedsel beschikbaar is. Het creëren van een bufferstrook van 50 meter, waar de plant niet voorkomt of in ieder geval niet tot bloeien komt, is al genoeg om ervoor te zorgen dat de plant zich niet naar een nabijgelegen weiland zal verspreiden. Er is voldoende informatie te vinden om de plant op adequate wijze te beheersen en de verspreiding te beperken.
Ik heb geen overzicht van landen met een verdelgingsplicht voor het jacobskruiskruid. Wel is mij bekend dat de soort in Australië, Nieuw Zeeland en Noord Amerika, waar de soort door mensen is geïntroduceerd, wordt bestreden als exoot.
In het Verenigd Koninkrijk is in 2011 een gedragscode afgesproken om verdere verspreiding van het jacobskruiskruid te voorkomen, deze gedragscode is niet bedoeld om de soort uit te roeien.
Jacobskruiskruid is een inheemse soort die van nature in Nederland thuishoort en zeer waardevol is voor de Nederlandse biodiversiteit. Zoals ik heb aangegeven bij vraag 4 gaat het waarschijnlijk om een klein aantal dieren per jaar. Een verdelgingsplicht is niet gewenst. Er zijn meer dan 150 Nederlandse soorten insecten bekend die de plant gebruiken als voedselplant, waaronder meerdere Rode Lijst-soorten. Naast de functie als voedselleverancier is jacobskruiskruid ook voor meer dan 30 soorten de plant die wordt gebruikt voor de voortplanting (waardplant).
De vragen van de leden Valstar en Van Campen (beiden VVD) over het bericht «hartenkreet van boeren: «Alsjeblieft, pak het jacobskruiskruid aan!» (2021Z14022) kunnen niet binnen de gebruikelijke termijn worden beantwoord vanwege afstemming met betrokken partijen. Ik zal uw Kamer zo spoedig mogelijk de antwoorden op de vragen doen toekomen.