Ingediend | 11 mei 2021 |
---|---|
Beantwoord | 25 juni 2021 (na 45 dagen) |
Indiener | René Peters (CDA) |
Beantwoord door | Sander Dekker (minister zonder portefeuille justitie en veiligheid) (VVD), Wouter Koolmees (minister sociale zaken en werkgelegenheid, viceminister-president ) (D66) |
Onderwerpen | recht rechtspraak |
Bron vraag | https://zoek.officielebekendmakingen.nl/kv-tk-2021Z07756.html |
Bron antwoord | https://zoek.officielebekendmakingen.nl/ah-tk-20202021-3318.html |
Ja.
Ja.
Inzet van de brede schuldenaanpak is het voorkomen dat mensen met (problematische) schulden verder in de problemen komen als zij te maken krijgen met invordering door publieke en private schuldeisers. Zorgvuldige en maatschappelijke verantwoorde incasso heeft derhalve nadrukkelijk de aandacht van het kabinet.
Op grond van hetgeen het kabinet vanuit de media heeft meegekregen over deze zaak, is hier sprake van een schrijnend verhaal. In deze casus lijkt sprake van enerzijds rechtmatig handelen en tegelijkertijd een uitkomst die maatschappelijk als ongewenst wordt ervaren. Naast de hoofdsom van een schuld dient een schuldenaar ook de kosten en rente te betalen. Zo staat in artikel 6:44 van het Burgerlijk Wetboek dat een betaling eerst strekt tot mindering van de kosten, dan de rente en tot slot pas de hoofdsom en de lopende rente. Dit betekent dat een relatief kleine schuld dusdanig kan groeien, zeker als de inning van de buitengerechtelijke fase naar de gerechtelijke fase gaat, dat het totaalbedrag exponentieel toeneemt en niet meer in verhouding staat tot het oorspronkelijke bedrag.
Overigens is precies dit thema «kleine» schulden «klein» houden – waarbij klein natuurlijk relatief is – een onderwerp dat in het kader van de uitwerking van de motie Van Beukering wordt meegenomen. De themasessies vinden in de maand juni en begin juli plaats met de verschillende organisaties en de partijen die ook in de motie worden genoemd.
Zie antwoord vraag 3.
De gesprekken vinden in juni en begin juli plaats. Aan de deelnemende organisaties wordt gevraagd om na de bijeenkomsten papers op te stellen met hun visie op de in de motie genoemde onderwerpen. Deze papers zal de Minister voor Rechtsbescherming met een toelichting aan uw Kamer aanbieden na het zomerreces. Uw Kamer heeft recent de beleidsreactie op het WODC onderzoek betalingsregelingen ontvangen en daarnaast ligt in uw Kamer het wetsvoorstel kwaliteit incassodienstverlening. Daarin wordt onder meer ook ingegaan op de informatieplicht van en omgang met cliënten door alle partijen die incassodienstverlening aanbieden.
Zie antwoord vraag 5.
Ik verwijs u naar mijn toelichting bij de beantwoording van vraag 3 tot en met 6 en 8.
Zie antwoord vraag 5.
Hierbij deel ik u mede dat de beantwoording van de Kamervragen van het lid Peters (CDA) over «de casus van een deurwaarder die loonbeslag legt in relatie tot de geest en strekking van een door de Tweede Kamer aangenomen motie» niet binnen de gestelde termijn van drie weken mogelijk is, omdat de voor beantwoording noodzakelijke afstemming nog niet is afgerond.