Ingediend | 11 maart 2021 |
---|---|
Beantwoord | 21 april 2021 (na 41 dagen) |
Indiener | Gijs van Dijk (PvdA) |
Beantwoord door | Bas van 't Wout (minister economische zaken) (VVD), Kajsa Ollongren (viceminister-president , minister binnenlandse zaken en koninkrijksrelaties) (D66) |
Onderwerpen | bestuur provincies ruimte en infrastructuur ruimtelijke ordening |
Bron vraag | https://zoek.officielebekendmakingen.nl/kv-tk-2021Z04468.html |
Bron antwoord | https://zoek.officielebekendmakingen.nl/ah-tk-20202021-2443.html |
Ja.
Het heeft altijd de voorkeur dat overheden in goed onderling overleg tot een gezamenlijk inzicht komen. De provincie Noord-Holland en de gemeente Hollands Kroon zijn in overleg, er is vooralsnog geen sprake van een rechtszaak. Het college van gedeputeerde staten van de provincie Noord-Holland (GS) stelt zich op het standpunt dat zij bevoegd gezag is.
Nee. De aanwijzing van het bevoegd gezag is geregeld in het Besluit omgevingsrecht. Indien hierover een conflict ontstaat is het uiteindelijk aan de rechter om hier een oordeel over te vellen.
In dit antwoord maak ik onderscheid tussen het bevoegd gezag voor de milieuvergunning (vraag 3) en de keuze over op welke locaties datacentra toegestaan kunnen worden. Dit laatste is een ruimtelijke afweging, die van oudsher primair ligt bij de gemeente.
Het is wel mogelijk dat provincie of Rijk vanwege provinciale of nationale belangen nadere kaders stellen aan deze gemeentelijke ruimtelijke afweging.
In de Nationale Omgevingsvisie (NOVI) is afgesproken dat hyperscale datacenters zich bij voorkeur aan de randen van Nederland vestigen zoals op de bestaande locaties Eemshaven en Middenmeer. In de NOVI kondig ik ook aan dat het Rijk beoogt om met medeoverheden via de Omgevingsagenda’s selectieve groei voor datacenters uit te werken. In de Metropool Regio Amsterdam (MRA) maak ik de integrale afweging voor het 4e connectiviteitscluster in het kader van de Verstedelijkingsstrategie MRA.
Voor distributiecentra zet de NOVI in op actieve clustering van (grootschalige) logistieke functies langs (inter)nationale corridors op logistieke knooppunten langs deze corridors. Dit beperkt de invloed van verspreide locaties op het landschap en extra mobiliteit en versterkt het logistieke systeem en onze economie.
Ja, zie het antwoord op vraag 5. Dit onderwerp zal vanaf 2022 ook aan de orde komen in de (tweejaarlijkse) monitor voor NOVI en eind 2024 in de (vierjaarlijkse) evaluatie.
Dat is wat mij betreft nu niet aan de orde. Een eerste stap is om met medeoverheden het vestigingsbeleid voor deze bedrijven uit te werken, te monitoren en te evalueren. Het eventueel overwegen van nadere regels is pas daarna aan de orde.
Hierbij deel ik u mede dat de aan mij en de Minister van Economische Zaken en Klimaat gestelde vragen van het lid Van Dijk (PvdA), over het bericht dat de provincie ingrijpt bij een datacenter in Middenmeer (ingezonden 11 maart 2021) met kenmerk 2021Z04468, niet binnen de termijn van drie weken kunnen worden beantwoord. Voor de interdepartementale afstemming is meer tijd nodig. Uw Kamer ontvangt de antwoorden zo spoedig mogelijk.