Ingediend | 23 februari 2021 |
---|---|
Beantwoord | 18 maart 2021 (na 23 dagen) |
Indieners | Joël Voordewind (CU), Jasper van Dijk , Bram van Ojik (GL), Maarten Groothuizen (D66) |
Beantwoord door | Ankie Broekers-Knol (staatssecretaris justitie en veiligheid) (VVD) |
Onderwerpen | migratie en integratie organisatie en beleid |
Bron vraag | https://zoek.officielebekendmakingen.nl/kv-tk-2021Z03599.html |
Bron antwoord | https://zoek.officielebekendmakingen.nl/ah-tk-20202021-2052.html |
Ik heb kennisgenomen van het rapport van de Danish Refugee Council en het bericht van EenVandaag. Voor het kabinet staat voorop, dat iedere Europese lidstaat de geldende internationale en Europese wet- en regelgeving dient na te leven en de fundamentele rechten dient te respecteren bij het uitvoeren van zijn taken. Dit geldt ook voor Kroatië. Het gaat om serieuze aantijgingen die wat het kabinet betreft op serieuze wijze moeten worden onderzocht.
Berichten over pushbacks en vermeende andere schendingen van fundamentele rechten aan de buitengrenzen van de EU zijn onderwerp van gesprek geweest tijdens de laatste JBZ-Raad van 28 en 29 januari 2021. Kortheidshalve zij verwezen naar het verslag van deze bijeenkomst dat uw Kamer eerder is toegegaan.3
Nederland heeft in het kader van het Schengen evaluatie actieplan van Kroatië het belang van het naleven van fundamentele rechten aan de Kroatische grens herhaaldelijk, en ook recent nog, op verschillende niveaus aan de orde gesteld, zowel in EU-verband als in bilaterale contacten met Kroatië.
Zoals benoemd in het antwoord op vraag 2 zijn berichten over pushbacks aan de buitengrenzen van de EU tijdens de JBZ-Raad aan de orde geweest. Ook de vermeende betrokkenheid van Frontex is ter sprake gebracht. Getuige het verslag van de beraadslagingen bestaat er binnen de Raad veel aandacht voor deze berichten. De Raad heeft dan ook aangegeven aangesloten te willen blijven bij de uitkomsten van de verschillende lopende onderzoeken naar de vermeende betrokkenheid van Frontex. Nederland wenst deze onderzoeken af te wachten, alvorens zo nodig het gesprek aan te gaan in de JBZ-Raad over de uitkomsten ervan.
De Europese Commissie is in doorlopende dialoog met Kroatië om te verzekeren dat aan de bestaande waarborgen aan de grens wordt voldaan. De Commissie heeft Kroatië eerder om meer informatie verzocht na de aantijgingen over pushbacks aan de Kroatische grens. Daarnaast werkt de Commissie al enige tijd samen met de Kroatische autoriteiten aan het opzetten van een onafhankelijk monitoringsmechanisme voor grensbeheer.
Bij alle overdrachten van personen binnen de Europese Unie, van Dublinclaimanten tot personen die worden overgeleverd op basis van een Europees Aanhoudingsbevel, vindt overdracht plaats op basis van het interstatelijk vertrouwensbeginsel tussen lidstaten. Het interstatelijk vertrouwensbeginsel is gebaseerd op het feit dat alle lidstaten gebonden zijn aan internationale verplichtingen en het Unierecht. Het interstatelijk vertrouwensbeginsel geldt totdat een rechter daarover anders oordeelt. Over Kroatië zijn in dezen geen rechterlijke uitspraken gedaan die tot gevolg hebben dat niet langer kan worden uitgegaan van het interstatelijk vertrouwensbeginsel.
Het kabinet verwacht – met u – dat alle partijen te allen tijde de fundamentele rechten respecteren van migranten en asielzoekers. Daar zijn alle lidstaten toe verplicht op grond van internationale, Europese en nationale wet- en regelgeving. Uit deze verplichtingen volgt dat eventuele misstanden of schendingen moeten worden gemeld. Wanneer er sprake is van serieuze aantijgingen, moeten deze worden onderzocht en zo nodig moeten aanvullende maatregelen worden genomen om eventuele incidenten in de toekomst te voorkomen. Daar ziet de Commissie ook op toe, getuige haar recente reacties. Ook wordt hier nadrukkelijk over gesproken in de JBZ-Raad.
Hierbij deel ik u mede dat de schriftelijke vragen van de leden Voordewind (ChristenUnie), Groothuizen (D66), Van Ojik (GroenLinks) en Jasper van Dijk (SP), van uw Kamer aan de Staatssecretaris van Justitie en Veiligheid over pushbacks van vluchtelingen door de Kroatische grensbewaking (ingezonden 23 februari 2021) niet binnen de gebruikelijke termijn kunnen worden beantwoord, aangezien nog niet alle benodigde informatie is ontvangen. Ik streef ernaar de vragen zo spoedig mogelijk te beantwoorden.