Ingediend | 4 november 2020 |
---|---|
Beantwoord | 30 november 2020 (na 26 dagen) |
Indieners | Martijn van Helvert (CDA), Pieter Omtzigt (CDA), Lenny Geluk-Poortvliet (CDA) |
Beantwoord door | Stef Blok (minister buitenlandse zaken) (VVD) |
Onderwerpen | internationaal internationale samenwerking |
Bron vraag | https://zoek.officielebekendmakingen.nl/kv-tk-2020Z20481.html |
Bron antwoord | https://zoek.officielebekendmakingen.nl/ah-tk-20202021-946.html |
Ja.
Deze twee monumenten maken deel uit van het UNESCO werelderfgoed Istanbul. Dit werelderfgoed is een belangrijk symbool van interreligieuze en interculturele dialoog en moet als zodanig worden gerespecteerd. Dat houdt in dat er geen stappen mogen worden genomen die de Outstanding Universal Value (OUV) van het werelderfgoed aantasten. Het is aan het Werelderfgoedcomité van UNESCO om dat te beoordelen. Daarbij wordt als eerste gekeken naar de instandhouding van de OUV, en dus niet primair naar de specifieke functie van het gebouw. Het kabinet onderkent dat het bedekken van de religieuze kunst effect kan hebben
op de beleving van bezoekers.
Het kabinet is bekend met de berichten dat een aantal fresco’s en schilderingen met witte doeken zijn afgedekt. Van belang is dat er geen onomkeerbare aanpassingen worden gedaan die de OUV van het monument aantasten.
De precieze functie van UNESCO-monumenten is een interne aangelegenheid van UNESCO-lidstaten zelf. Zoals gesteld is het aan het Werelderfgoedcomité om te oordelen over mogelijke aantasting van de OUV.
Zoals vermeld in eerdere beantwoording van Kamervragen hierover (Aanhangsel van de Handelingen, nr. 3748, vergaderjaar 2019–2020), heeft Nederland reeds samen met EU-lidstaten opgeroepen om de Hagia Sophia als symbool van interreligieuze en interculturele dialoog te respecteren. Dit neemt niet weg dat de precieze status van de Hagia Sophia uiteindelijk een interne aangelegenheid van Turkije is. Dit geldt ook voor het Chora monument.
De geplande vergadering van de Executive Board van UNESCO (4-18 november, te Parijs) is vanwege COVID maatregelen uitgesteld. Tussen 2 en 10 december vindt een virtuele bijeenkomst met een ingekorte agenda plaats. In januari is er een vervolg. Zoals hierboven reeds gemeld, worden vraagstukken over de instandhouding van de OUV inhoudelijk behandeld in het UNESCO Werelderfgoedcomité. Dit comité komt in juni of juli 2021 bijeen. De Executive Board speelt geen rol in de inhoudelijke behandeling van deze kwestie, maar wel in de agendering van de kwestie voor de eerstvolgende vergadering van het Werelderfgoedcomité.
Zoals in het antwoord op de vragen 3 en 4 aangegeven, worden dit soort kwesties niet inhoudelijk behandeld in de Executive Board van UNESCO. Het is aan het Werelderfgoedcomité om te oordelen over mogelijke aantasting van de OUV.
Ja.