Ingediend | 16 september 2020 |
---|---|
Beantwoord | 15 oktober 2020 (na 29 dagen) |
Indiener | Thierry Baudet (FVD) |
Beantwoord door | Stef Blok (minister buitenlandse zaken) (VVD) |
Onderwerpen | internationaal internationale samenwerking |
Bron vraag | https://zoek.officielebekendmakingen.nl/kv-tk-2020Z16444.html |
Bron antwoord | https://zoek.officielebekendmakingen.nl/ah-tk-20202021-477.html |
Het zijn historische akkoorden, die het kabinet verwelkomt. Na de Oslo-akkoorden tussen Israël en de PLO, waarmee de PLO Israël erkende, en de vredesverdragen tussen Israël en Egypte en tussen Israël en Jordanië, waarmee formeel een einde kwam aan de vijandigheden tussen die landen, zijn er met deze akkoorden twee Arabische landen bij gekomen die hebben verklaard formele betrekkingen aan te willen gaan met Israël. Dit verbreedt de erkenning van Israël in de Arabische regio, en draagt bij aan de regionale stabiliteit en welvaart.
Ik heb de ministers van Buitenlandse Zaken van Israël en de Verenigde Arabische Emiraten gefeliciteerd, en de ondertekening van de beide akkoorden op 16 september verwelkomd. De EU heeft beide akkoorden verwelkomd met gezamenlijke verklaringen op 15 augustus1 en 12 september.2
Zie antwoord op vraag 1.
Deze akkoorden zijn een belangrijk diplomatiek succes voor de VS, wiens betrokkenheid van groot belang is geweest. Deze normaliseringsakkoorden volgen op eerdere toenadering en samenwerking achter de schermen tussen Israël, de Verenigde Arabische Emiraten en Bahrein, op initiatief van de betrokken landen zelf en met steun van de opeenvolgende Amerikaanse regeringen. Dit was onder meer het gevolg van gedeelde zorgen over de rol van Iran, maar ook omdat de Verenigde Arabische Emiraten, Bahrein en Israël voordeel zagen bij samenwerking op andere terreinen.
De huidige Amerikaanse regering heeft toenadering tussen Israël en Arabische landen een belangrijk onderdeelgemaakt van diens inzet voor het Midden-Oosten, zoals bijvoorbeeld bleek uit de aanwezigheid van een Israëlische delegatie bij de bijeenkomst in Manama waarbij de VS het economisch deel van diens vredesplan presenteerde. Dit gold ook voor de bijeenkomsten van het Warschau-proces, het initiatief van de Verenigde Staten om samenwerking in het Midden-Oosten op onder meer terrorismebestrijding veiligheid, energiezekerheid te bevorderen, waaraan onder meer Nederland, de EU, de VS, Israël, Saudi Arabië, de Verenigde Arabische Emiraten en Bahrein deelnemen.
De Verenigde Arabische Emiraten hebben gezegd het besluit tot aangaan van diplomatieke betrekkingen juist nu gezet te hebben om Israël te weerhouden van het uitvoeren van eenzijdige annexatie van delen van de Westelijke Jordaanoever. Het idee van annexatie kwam prominent naar voren in de afgelopen Israëlische verkiezingen, mede door de presentatie van de Amerikaanse plannen voor het Midden-Oosten vredesproces begin dit jaar. Nadat Israël en de Verenigde Arabische Emiraten hun akkoord bekend maakten, heeft Bahrein aangegeven ook diplomatieke relaties met Israël aan te willen gaan.
Zie antwoord vraag 3.
De akkoorden tonen het belang van het aangaan en waar mogelijk verdiepen van de dialoog met andere landen om te onderzoeken waar gedeelde belangen liggen, ook al is er op sommige terreinen sprake van verschil van inzicht. Nederland is daarom ook voorstander van het benutten van alle instrumenten die de EU heeft om de dialoog met Israël en de Palestijnse Autoriteit te voeren, inclusief het organiseren van een Associatie Raad met Israël. Het organiseren van een Associatie Raad biedt de mogelijkheid om de samenwerking tussen de EU en Israël, binnen de grenzen van 1967, te versterken. Het biedt ook de kans om over zaken te spreken waar we het niet noodzakelijkerwijs eens zijn, zoals bijvoorbeeld het nederzettingenbeleid.
De Verenigde Staten bepaalden het uitnodigingsbeleid, waarbij een dwarsdoorsnede van de EU-lidstaten was uitgenodigd, waarvan alleen Hongarije op ministerieel niveau. De andere uitgenodigde EU lidstaten waren Duitsland, Frankrijk, Italië, Denemarken, Ierland, Griekenland, Oostenrijk, Polen, Zweden, Bulgarije en Slovenië.
Minister Kaag reisde in februari 2018 af naar Iran, Oman en Saudi-Arabië als Minister van Buitenlandse Zaken, ter uitvoering van afspraken die onder Minister Zijlstra gemaakt waren, gericht op het onderhouden van de bilaterale diplomatieke verhoudingen en regionale veiligheid. Het kabinet is van mening dat het beter is in gesprek te blijven, ook met partijen waarmee het niet op alle vlakken eens is.