Ingediend | 31 augustus 2020 |
---|---|
Beantwoord | 30 september 2020 (na 30 dagen) |
Indiener | Rudmer Heerema (VVD) |
Beantwoord door | Arie Slob (minister onderwijs, cultuur en wetenschap) (CU) |
Onderwerpen | onderwijs en wetenschap voortgezet onderwijs |
Bron vraag | https://zoek.officielebekendmakingen.nl/kv-tk-2020Z15223.html |
Bron antwoord | https://zoek.officielebekendmakingen.nl/ah-tk-20202021-243.html |
Ja.
Over de stappen die ik heb gezet in verband met de zeer zorgwekkende situatie op het Avicenna College heb ik uw Kamer geïnformeerd in mijn brieven van 9 en 24 september 2020.3 De inzet van een onafhankelijke extern deskundige heeft geleid tot aanbevelingen die de waarnemend bestuurder en ik onverkort overnemen. Dat heeft tijd nodig. Duidelijk is geworden dat er niet een persoon of partij is aan te wijzen als oorzaak. Dit komt zowel uit het BING-rapport als uit de aanbevelingen van de externe deskundige naar voren.
Zoals ik in mijn brief van 24 september heb aangegeven, is de huidige bestuurder uit eigen beweging tot de conclusie gekomen dat het beter voor de school is als hij opstapt. Ik heb een zeer ervaren interim--bestuurder voorgedragen die bereid is de komende maanden aan de slag te gaan. Hij zal een nieuwe procedure starten om op korte termijn een nieuwe interim--directeur aan te nemen. Tevens worden er twee nieuwe leden voor de raad van toezicht gezocht die samen met de interim--voorzitter vanaf 1 oktober het toezicht op de school op zich nemen. Een van de taken van deze raad van toezicht is het benoemen van een vaste bestuurder en directeur.
Tegelijkertijd heeft de school de volle aandacht van de Inspectie van het Onderwijs (hierna: inspectie). De inspectie verrichtte reeds een specifiek onderzoek naar de ontstane situatie (publicatie rapport: begin oktober). Ook de onderwijskwaliteit wordt op dit moment door de inspectie onderzocht in een vierjaarlijks onderzoek bij SIVOR, het bevoegd gezag van het Avicenna College. Dan zal er inzicht zijn in de onderwijskwaliteit van de school en zal de inspectie – indien nodig – herstelopdrachten geven.
Ik verwacht dat de interim--bestuurder en de nieuwe raad van toezicht het vertrouwen in de school zullen herstellen en de leerlingen een veilige omgeving bieden.
Zie antwoord vraag 2.
Zie antwoord vraag 2.
In mijn brief van 30 april 2020 heb ik uw Kamer geïnformeerd dat ik een positief besluit genomen heb op de aanvraag van SIVOR voor een scholengemeenschap, mavo, havo, vwo in Den Haag.4 De ontwikkelingen binnen het bevoegd gezag hebben geen invloed op dit reeds genomen besluit nu dit besluit betrekking heeft op de rechtspersoon SIVOR en niet op de bestuursleden van deze stichting. Het is aan het bevoegd gezag, samen met onder andere de gemeente, om de stappen te zetten die nodig zijn om de scholengemeenschap in Den Haag van start te laten gaan.
Ja. Zoals aangegeven in de antwoorden 2, 3 en 4, voert de inspectie in deze periode achtereenvolgens twee onderzoeken uit. Het rapport van het eerste onderzoek, naar de bestuurlijke situatie, is recent vastgesteld. Publicatie vindt plaats begin oktober, de vijfde week na vaststelling van het rapport. Publicatie van het tweede onderzoek, het vierjaarlijks onderzoek, wordt verwacht in het najaar. Wanneer de inspectie vaststelt dat sprake is van het niet-nakomen van deugdelijkheidseisen zal zij een herstelopdracht geven. Het bevoegd gezag dient die herstelopdrachten uit te voeren.
Het is zeker niet wenselijk dat bewezen ongeschikte bestuurders een nieuwe school kunnen stichten. In de wet Meer ruimte voor nieuwe scholen, die op 1 november 2020 voor het voortgezet onderwijs in werking treedt, zijn dan ook eisen aan bestuurders en intern toezichthouders van nieuwe scholen opgenomen. De aanvraag van SIVOR voor de genoemde scholengemeenschap is echter ingediend en goedgekeurd voordat deze eisen werden gesteld. Ik verwacht wel dat SIVOR eerst orde op zaken stelt in Rotterdam alvorens in Den Haag een school te starten.
Ja, met uitzondering van de vragen twee tot en met vier die een samenhangend antwoord vergden.