Ingediend | 14 mei 2020 |
---|---|
Beantwoord | 10 juni 2020 (na 27 dagen) |
Indiener | Michiel van Nispen |
Beantwoord door | Ferdinand Grapperhaus (minister justitie en veiligheid) (CDA) |
Onderwerpen | recht rechtspraak |
Bron vraag | https://zoek.officielebekendmakingen.nl/kv-tk-2020Z08681.html |
Bron antwoord | https://zoek.officielebekendmakingen.nl/ah-tk-20192020-3098.html |
De gebruikelijke werkwijze is dat tolken en vertalers rechtstreeks worden gecontracteerd voor opdrachten. Naast deze werkwijze heeft het OM ook altijd al de mogelijkheid gehad om een bemiddelaar in schakelen. Dit gebeurt in de huidige praktijk incidenteel.
Met de aanpassing van de Europese richtlijn betreffende het plaatsen van overheidsopdrachten zoals geïmplementeerd in de Aanbestedingswet is het verlichte aanbestedingsregime voor zogenoemde II-B-diensten – waar tolk- en vertaaldiensten toe behoorden – afgeschaft en volgen deze diensten het gewone aanbestedingsregime. Hierdoor is het op de huidige wijze rechtstreeks contracteren van tolken en vertalers niet langer rechtmatig. Voor de toekomstige situatie geldt daarom dat alle tolk- en vertaaldiensten bij de rijksoverheid worden aanbesteed.
Zoals vermeld in antwoord op vraag 1 komt het in de huidige praktijk reeds voor dat het OM gebruikmaakt van een bemiddelaar voor een tolk- of vertaalopdracht.
Indien het OM rechtstreeks tolken en vertalers inschakelt, ontvangt de tolk/vertaler een vergoeding conform het Besluit tarieven in strafzaken. Op dit moment is slechts incidenteel sprake van inzet van een bemiddelaar. In de toekomstige situatie zal als garantie voor de tolk/vertaler als zzp-er, in de aanbestedingen van deze dienstverlening een minimumtarief worden opgenomen. Dit is nadrukkelijk een ondergrens. De uiteindelijke tarieven op de markt zullen van meerdere aspecten afhangen, zoals de vraag naar een bepaalde taal en/of specialisatie en de kwalificaties van de tolk. De nieuwe systematiek biedt derhalve een gunstigere uitgangspositie voor de tolk/vertaler dan op dit moment het geval is.
Zoals vermeld in antwoord op vraag 1 staat het het OM in de huidige situatie vrij om te kiezen voor de ene of de andere werkwijze.
Er is geen sprake van een beleidswijziging of een pilot; dat het OM incidenteel gebruikmaakt van een bemiddelaar is staande praktijk.
Voor het incidentele gebruik van een bemiddelaar zoals dat in de huidige praktijk gebeurt, is een aanbesteding niet aan de orde.
Zoals vermeld in antwoord op vraag 1 geldt voor de toekomstige situatie dat alle tolk- en vertaaldiensten bij de rijksoverheid worden aanbesteed. Zie ook het antwoord op vraag 9.
Het gaat hier om staande praktijk. Er is derhalve geen aanleiding voor het OM om hiervan mij op de hoogte te brengen, noch aanleiding om de Kamer hierover te informeren.
De genoemde dienstverlening is bij het OM nog niet aanbesteed. Zoals u meest recentelijk in de reactie op het advies van de Parlementair Advocaat over de aanbestedingsplicht voor tolk- en vertaaldiensten (d.d. 20 mei 2020)2 hebt kunnen lezen heb ik in afwachting van het advies van de Parlementair Advocaat geen onomkeerbare stappen genomen. Zie ook mijn antwoord op vraag 9.
De reactie op het advies van de Parlementair Advocaat is op 20 mei 2020 aan uw Kamer gezonden. Zoals ik in deze reactie heb toegelicht is het geen optie om tolk- en vertaaldiensten door OM en rechtbanken rechtstreeks in te blijven schakelen. Zoals ik in de reactie van 7 mei 2020 op de schriftelijke vragen naar aanleiding van het schriftelijk overleg gesubsidieerde rechtsbijstand en corona gerelateerde maatregelen in het gevangeniswezen en de rechtspraak en in bovengenoemde brief heb aangegeven is het noodzakelijk om op korte termijn invulling te geven aan de verplichting de tolk- en vertaaldienstverlening aan te besteden.
Beantwoording van deze vragen was niet eerder mogelijk dan vandaag. Genoemde brief van 20 mei jl. heeft deels reeds antwoord gegeven op uw vragen.
Hierbij deel ik u mede dat de schriftelijke vragen van het lid Van Nispen (SP), van uw Kamer aan de Minister van Justitie en Veiligheid over de tolk- en vertaaldiensten die door het Openbaar Ministerie via bemiddelaars worden verdeeld (ingezonden 14 mei 2020) niet binnen de gebruikelijke termijn kunnen worden beantwoord, aangezien nog niet alle benodigde informatie is ontvangen.