Ingediend | 18 september 2019 |
---|---|
Beantwoord | 11 december 2019 (na 84 dagen) |
Indieners | Lilianne Ploumen (PvdA), Kirsten van den Hul (PvdA) |
Beantwoord door | Sigrid Kaag (minister zonder portefeuille buitenlandse zaken) (D66), Stef Blok (minister buitenlandse zaken) (VVD) |
Onderwerpen | natuur- en landschapsbeheer natuur en milieu |
Bron vraag | https://zoek.officielebekendmakingen.nl/kv-tk-2019Z17443.html |
Bron antwoord | https://zoek.officielebekendmakingen.nl/ah-tk-20192020-1019.html |
Ja.
Ja.
Het is onduidelijk op welke uitspraken van de president de artikelen doelen. Duidelijk is dat president Bolsonaro meent dat er meer ruimte zou moeten komen voor economische exploitatie van de Amazone, en daarbij tegenover belangenorganisaties komt te staan die bescherming van het regenwoud centraal stellen. Waar dit leidt tot kritiek op en verbale bedreigingen van milieuorganisaties, is dit uiterst zorgelijk. Waar dit leidt tot geweld en mensenrechtenschendingen is dit onacceptabel.
De Minister van Buitenlandse Zaken heeft en marge van de AVVN op 26 september gesproken met zijn ambtgenoot Ernesto Araújo en daarbij de Nederlandse zorgen uitgesproken over de ontbossingsproblematiek in Brazilië.
De Nederlandse regering blijft in de dialoog Brazilië aandringen op adequate bescherming van mensenrechten en van de Amazone. De Minister van Buitenlandse Zaken heeft de ontbossingsproblematiek ook aangekaart bij zijn ambtgenoot Ernesto Araújo. Ook in overleg met EU-partners zijn dit terugkerende thema’s. Geconstateerd moet worden dat het wetgevend kader om op te treden tegen criminele organisaties aanwezig is, maar de financiële middelen en de politieke wil om dat kader te handhaven tekort schieten.
De Nederlandse ambassadeur spreekt met grote regelmaat met verschillende Braziliaanse ministers over de situatie in de Amazone, zowel bij gezochte als ongezochte gelegenheden. Daarbij komt de gebrekkige handhaving van de eigen milieuwetgeving ook ter sprake. De Minister van Buitenlandse Zaken heeft de ontbossingsproblematiek ook aangekaart bij zijn ambtgenoot Ernesto Araújo in een gesprek op 26 september jl.
Zie antwoord vraag 6.
Zowel in Brussel als in Brasilia is de Amazone geregeld onderwerp van gesprek tussen Europese partners.
Ja.
In de dialoog met de Braziliaanse overheid wordt op verschillende niveau’s gezocht naar samenwerking t.a.v. het tegengaan van ontbossing en verduurzaming van landbouw en veehouderij in Brazilië, waarbij ook het Wereldnatuurfonds en partners als Solidaridad en IDH een belangrijke rol spelen.
Het tegengaan van illegale houtkap is expliciet in het duurzaamheidshoofdstuk van het EU-Mercosur Handelsakkoord opgenomen.
In algemene zin is de Nederlandse inzet gericht op de verduurzaming van de wijze waarop soja wordt geproduceerd, inclusief de milieuproblematiek, de verbetering van arbeidsomstandigheden en naleving van mensenrechten. Dit geldt ook de inzet voor de samenwerking met Brazilië. In dit beleid stimuleert Nederland de private sector om duurzaam geproduceerde grondstoffen in te kopen en de marktvraag naar gecertificeerd duurzame en ontbossingsvrije producten binnen de Europese Unie en daarbuiten te vergroten.
De Nederlandse overheid stimuleert dit met een actieve inzet binnen het Amsterdam Declarations Partnership (ADP). In het ADP werkt Nederland samen met Denemarken, Duitsland, Frankrijk, Italië, Noorwegen en het Verenigd Koninkrijk naar een gezamenlijke aanpak tegen ontbossing t.b.v. de uitbreiding van landbouwgrond voor soja. Mede op aandringen van het ADP heeft de Europese Commissie in juli een Mededeling gepubliceerd waarin maatregelen worden voorgesteld voor een Europese aanpak ter bescherming en het herstel van bossen in de wereld met bijzondere aandacht voor de aanjagers van ontbossing zoals soja. Het BNC-fiche over de Mededeling is onlangs aan uw Kamer toegestuurd.
Die oproep vindt het kabinet begrijpelijk, de vraag naar soja uit Brazilië voor de Europese en Nederlandse markt is echter over de jaren stabiel. De sterk groeiende vraag naar soja komt vooral uit China. Vanwege de belangrijke positie als marktpartij en importeur van soja uit Latijns- Amerika is ons land in een goede positie een bijdrage te leveren aan het tegengaan van ontbossing en kunnen wij meepraten over de duurzaamheid van de teelt in andere delen van de wereld en zo een gunstig hefboomeffect hebben op internationale milieu en natuurdoelen en biodiversiteit.
Overigens wil de EU vanwege de zorgen en risico’s bij de productie van soja minder afhankelijk worden van import en meer zelfvoorzienend worden in de productie van plantaardige eiwitten. Deze oproep van de EU zal worden uitgewerkt in een nationale eiwitstrategie toegesneden op de Nederlandse situatie.
Er is een effectief Amazone Moratorium waarbinnen Braziliaanse sojaverwerkers en handelaren in juni 2006 hebben besloten, in overleg met de Europese industrie en maatschappelijke organisaties, geen sojabonen meer te kopen van land dat is ontbost in het Amazone-regenwoud na 24 juli 2006. De uitbreiding van de soja concentreert zich nu in de Cerrado en Gran Chaco. De Nederlandse overheid is met de handelaren en andere partijen betrokken bij de uitbreiding van het soja-areaal in deze regio’s in gesprek om met hen een oplossing te vinden voor het tegengaan van ontbossing.