Ingediend | 22 november 2018 |
---|---|
Beantwoord | 7 december 2018 (na 15 dagen) |
Indiener | Attje Kuiken (PvdA) |
Beantwoord door | Kajsa Ollongren (viceminister-president , minister binnenlandse zaken en koninkrijksrelaties) (D66) |
Onderwerpen | internationaal internationale samenwerking |
Bron vraag | https://zoek.officielebekendmakingen.nl/kv-tk-2018Z21922.html |
Bron antwoord | https://zoek.officielebekendmakingen.nl/ah-tk-20182019-875.html |
Ja.
Op 1 februari jl. heb ik u het eindrapport van de Evaluatie- en Adviescommissie Wet financiering politieke partijen (verder: de commissie-Veling) aangeboden.3 In de aanbiedingsbrief bij dit rapport heb ik toegezegd dat ik maatregelen zal treffen om buitenlandse financiering van Nederlandse politieke partijen te beperken. Hiermee zal ook invulling worden gegeven aan de motie-Amhaouch c.s. (Kamerstuk 34 270, nr.22). In de kabinetsreactie op het rapport van de commissie-Veling zal ik op deze maatregelen ingaan. Tevens zal ik dan aankondigen op welke termijn ik een voorstel tot aanpassing van de Wet financiering politieke partijen aan u aan zal bieden. Deze maatregelen zullen onderdeel zijn van dit voorstel.
Nee.
Zie antwoord vraag 2.
Ik beschik niet over een volledig actueel overzicht van EU-wetgeving op het gebied van buitenlandse financiering van politieke partijen. Wel beschik ik over een internationaal vergelijkend onderzoek naar de financiering van politieke partijen, dat de Universiteit Leiden in 2017 in opdracht van de commissie-Veling heeft verricht. Dit onderzoek heb ik u toegezonden als bijlage bij mijn brief van 1 februari jl. waarmee ik u het eindrapport van de commissie-Veling heb aangeboden.6 Uit dit onderzoek komt een wisselend beeld naar voren. In een aantal landen, waaronder België en Denemarken, geldt voor giften uit het buitenland hetzelfde regime als voor giften uit het eigen land. In een aantal andere landen zijn giften uit het buitenland verboden, of geldt er een ander regime dan voor giften uit het eigen land. In het onderzoek van de Universiteit Leiden wordt niet ingegaan op de vraag waarom deze landen hebben besloten om een onderscheid tussen binnenlandse – en buitenlandse giften te maken.
Zie antwoord vraag 2.