Ingediend | 23 april 2018 |
---|---|
Beantwoord | 23 mei 2018 (na 30 dagen) |
Indieners | André Bosman (VVD), Remco Dijkstra (VVD) |
Beantwoord door | Cora van Nieuwenhuizen (minister infrastructuur en waterstaat) (VVD) |
Onderwerpen | verkeer weg |
Bron vraag | https://zoek.officielebekendmakingen.nl/kv-tk-2018Z07628.html |
Bron antwoord | https://zoek.officielebekendmakingen.nl/ah-tk-20172018-2171.html |
Ja, daar ben ik mee bekend.
Op een groot deel van de N59 geldt in verband met de verkeersveiligheid een verbod voor tractoren. Grotendeels is een parallelweg aanwezig waar tractoren gebruik van kunnen maken. In Zierikzee is geen parallelweg aanwezig; daar maken de tractoren gebruik van de Calandweg. Dit betekent dat niet alleen voor het deel van de N59 dat door Zierikzee loopt een verbod voor tractoren geldt in verband met de verkeersveiligheid. Dit verbod geldt ook voor andere delen van de N59.
De delen van de N59 die zijn afgesloten voor tractoren hebben een goede parallelweg of zijn te druk om tractoren veilig te kunnen toelaten. In het «Kwaliteitsnet Landbouwverkeer in Zeeland», in 2011 bestuurlijk vastgesteld door de gezamenlijke wegbeheerders, zijn criteria opgenomen voor het al dan niet toelaten van landbouwverkeer. Criteria zijn onder meer de verkeersdrukte, de aanwezigheid van een goede parallelweg en de ligging ten opzichte van de bebouwde kom.
In het verleden heeft mijn Ministerie een bijdrage geleverd om de veiligheidsrisico’s van de verschillende routes in beeld te laten brengen. Zo hebben de gemeente en Rijkswaterstaat in 2013 gezocht naar alternatieven. Een alternatief dat als kansrijk naar voren kwam, is in februari 2014 afgewezen door de commissie openbare ruimte van de gemeente Schouwen-Duiveland. In 2016 is vanuit de gemeente wederom een verkenning gestart naar mogelijke alternatieve routes. Rijkswaterstaat heeft destijds aangeboden om mee te denken maar van dit aanbod is toen geen gebruik gemaakt.
Zoals u weet zijn de bestuurlijke afspraken vastgelegd in het «Kwaliteitsnet Landbouwverkeer in Zeeland». Indien het nodig is ben ik bereid om mee te werken aan een nieuw en aanvullend onafhankelijk onderzoek.
Mijn inzet is dat een nieuw onderzoek en eventuele voorstellen uiteraard goed passen binnen de bestuurlijke afspraken en het kwaliteitsnet voor het landbouwverkeer.