Ingediend | 19 februari 2018 |
---|---|
Beantwoord | 22 maart 2018 (na 31 dagen) |
Indieners | Isabelle Diks (GL), Bram van Ojik (GL) |
Beantwoord door | Sigrid Kaag (minister zonder portefeuille buitenlandse zaken) (D66) |
Onderwerpen | internationaal internationale samenwerking |
Bron vraag | https://zoek.officielebekendmakingen.nl/kv-tk-2018Z02851.html |
Bron antwoord | https://zoek.officielebekendmakingen.nl/ah-tk-20172018-1519.html |
Ja.
Ja, hier ben ik van op de hoogte. De kans is inderdaad reëel dat zij bij terugkeer wederom gevaar zal lopen in Guatemala.
Bescherming van mensenrechten is een hoeksteen van het Nederlands buitenlands beleid. Het beschermen en steun bieden aan mensenrechtenverdedigers, zoals mevrouw Chávez, is daarbij één van de kernprioriteiten. Ambassades van het Koninkrijk der Nederlanden werken bij de bescherming van mensenrechtenverdedigers nauw samen met andere diplomatieke vertegenwoordigingen en partnerorganisaties en kaarten mensenrechtenkwesties aan bij lokale autoriteiten. De ambassade van het Koninkrijk der Nederlanden gevestigd in Costa Rica en mede-geaccrediteerd voor Guatemala werkt ook op deze manier in Guatemala.
In Guatemala woont de Nederlandse ambassade zo vaak mogelijk een werkgroep bij waarin casussen van bedreigde mensenrechtenverdedigers worden besproken. Deze werkgroep wordt gevormd door EU-ambassades, de Verenigde Staten, Canada en Zwitserland, en bijgestaan door het kantoor van de VN Hoge Vertegenwoordiger voor de Mensenrechten in Guatemala. De werkgroep heeft regelmatig overleg over de situatie van mevrouw Chávez en andere bedreigde mensenrechtenverdedigers in Guatemala. De casus van mevrouw Chávez is de afgelopen vier jaar diverse malen in de werkgroep aan bod geweest. Mede dankzij de inzet van deze groep, en met behulp van Europese fondsen, is mevrouw Chávez al twee keer opgevangen in Europa. De groep werkt ideeën uit om mevrouw Chávez bij te staan bij terugkeer in Guatemala.
Het steunen van de strijd tegen corruptie (en de straffeloosheid daarvan) is een van de kernprioriteiten van het Nederlands buitenlands beleid in Midden-Amerika. Het Koninkrijk der Nederlanden steunt in dat kader onder meer de VN Commissie tegen Straffeloosheid in Guatemala (Comisión contra la Impunidad en Guatemala, CICIG) met een financiële bijdrage van meer dan EUR 11,8 miljoen. Politieke steun aan deze commissie betuigt de regering via diplomatieke contacten met de lokale autoriteiten en publiekelijk, via interviews in lokale kranten en via sociale media. De Nederlandse regering draagt ook bij aan versteviging van de Guatemalteekse rechtsorde en de bescherming van onafhankelijke rechters, via een project met de NGO Impunity Watch. Dit wordt gefinancierd vanuit het Accountability-fonds. Via het regionale mensenrechtenprogramma van de ambassade wordt daarnaast met diverse lokale en regionale mensenrechtenorganisaties samengewerkt. De positie (en bescherming) van kwetsbare groepen en mensenrechtenverdedigers staat daarin centraal. In het kader van dit programma zijn onder andere middelen beschikbaar voor juridische bijstand aan mensenrechtenverdedigers in nood. Uit dit programma werd ook de eerste fase van Shelter City Costa Rica bekostigd: een regionaal programma voor de tijdelijke opvang en integrale bescherming van mensenrechtenverdedigers in nood of onder hoge druk. De tweede fase, die in februari van start ging, wordt rechtstreeks vanuit ambassademiddelen bekostigd. In totaal draagt de Nederlandse ambassade ruim EUR 500.000 bij.
Ik ben ervan op de hoogte dat diverse Nederlandse bedrijven – direct of indirect – actief zijn in Guatemala. Ambassades en consulaten worden regelmatig benaderd door Nederlandse bedrijven, omdat zij meer informatie willen over ondernemen in het land, gebruik willen maken van match-making of van Nederlandse subsidie- en financieringsinstrumenten. Er zijn geen Nederlandse bedrijven actief in de palmolie- of houtkapsector die contact hebben opgenomen met het consulaat in Guatemala of de ambassade in Costa Rica. Omdat niet alle bedrijven die zakendoen in een bepaald land contact opnemen met de betreffende Nederlandse vertegenwoordigingen, kan ik echter ook niet uitsluiten dat Nederlandse bedrijven in deze sectoren in Guatemala actief zijn.
Ongeacht de sector waarin Nederlandse bedrijven actief zijn, verwacht de Nederlandse overheid dat zij maatschappelijk verantwoord ondernemen volgens internationale normen, zoals vastgelegd in de OESO-richtlijnen voor Multinationale Ondernemingen en de UN Guiding Principles on Security and Human Rights. Volgens deze normen moeten bedrijven risico’s op bijvoorbeeld mensenrechtenschendingen en corruptie in hun keten in kaart brengen en deze risico’s mitigeren of aanpakken. Wanneer bedrijven vragen hebben over verantwoord ondernemen in een specifiek land, kunnen zij terecht bij de Nederlandse vertegenwoordigingen.