Ingediend | 12 december 2017 |
---|---|
Beantwoord | 5 januari 2018 (na 24 dagen) |
Indieners | Joël Voordewind (CU), Kees van der Staaij (SGP), Kirsten van den Hul (PvdA), Isabelle Diks (GL) |
Beantwoord door | Halbe Zijlstra (minister buitenlandse zaken) (VVD), Sigrid Kaag (minister zonder portefeuille buitenlandse zaken) (D66) |
Onderwerpen | internationaal internationale samenwerking |
Bron vraag | https://zoek.officielebekendmakingen.nl/kv-tk-2017Z17719.html |
Bron antwoord | https://zoek.officielebekendmakingen.nl/ah-tk-20172018-818.html |
Ja. Het kabinet volgt de situatie rond Syrië nauwlettend en is zich terdege bewust van de effecten van de oorlog op kinderen. De schrijnende situatie in heel Syrië, en met name op plekken als het belegerde Oost-Ghouta, baart het kabinet grote zorgen. Nederland zet zich wekelijks in de ISSG (International Syria Support Group) in om de zorgwekkende situatie aan de kaak te stellen en zal zich in 2018 ook in de VN Veiligheidsraad ervoor inzetten om de schrijnende situatie in Syrië, en met name van kinderen, waar mogelijk te verbeteren. Nederland draagt via bijdragen aan UNICEF op het gebied van voedselzekerheid en humanitaire hulp bij aan het lenigen van de noden van kinderen in Syrie. Ook draagt Nederland bij via de VN Pooled Fundsaan het bieden van additionele hulp in de voorbereidingen op de winter, met specifieke aandacht voor kwetsbare groepen als vrouwen en meisjes.
Nederland heeft in de periode van 2012–2017 EUR 382 mln. bijgedragen aan het verlichten van noden in de Syrië regio, met specifieke aandacht voor de kwetsbare situatie van vrouwen en meisjes. In 2017 heeft Nederland EUR 24,5 mln. bijgedragen, waarvan EUR 10 mln. aan de VN Pooled Funds, EUR 4 mln aan het Nederlandse Rode Kruis en EUR 8,5 mln aan de Dutch Relief Alliance ten behoeve van bescherming, water, sanitaire voorzieningen, en gezondheid. Via deze bijdragen, alsook de ongeoormerkte bijdragen van Nederland aan onder andere UNICEF van EUR 17 miljoen voor humanitaire hulp in 2017, draagt Nederland bij aan levensreddende hulp voor Syriërs, met specifieke aandacht voor kinderen. In 2018 gaat Nederland door met het bieden van levensreddende hulp, onder andere via de VN, het Rode Kruis en de Dutch Relief Alliance.
Het kabinet is op de hoogte van de erbarmelijke situatie in Oost-Ghouta, waar de laatste weken sprake is van een zware geweldsescalatie terwijl de humanitaire toegang nihil is en er een zwaar tekort is aan voedsel en medische voorzieningen. Er is zware ondervoeding, vooral bij kinderen. Nederland benadrukt internationaal het belang van naleving van het internationaal humanitair oorlogsrecht en mensenrechten. Specifiek pleit Nederland in de ISSG wekelijks voor het mogelijk maken van medische evacuaties en voor humanitaire toegang tot Oost-Ghouta. Verder heeft Nederland samen met het Verenigd Koninkrijk aangedrongen op een gezamenlijke EU-verklaring die op 18 december jl. door Commissaris Stylianides is uitgebracht en die oproept tot onmiddellijke bescherming van burgers. Nederland is ook een grote donor in het VN Humanitarian Pooled Fund Damascus, dat nu een reserve aanhoudt voor Oost-Ghouta om humanitaire hulp te leveren zodra er toegang is tot het gebied. Zonder toestemming van het regime kan die toegang echter niet worden bewerkstelligd. Het is dan ook zeer frustrerend dat het regime geen gehoor geeft aan de internationale oproepen om de belegering van Oost-Ghouta op te heffen, en humanitaire hulp door te laten.
Kinderen worden vaak het hardst getroffen door crisissituaties, zoals ook duidelijk te zien is in Syrië. Het kabinet blijft zich ervoor inzetten dat hun rechten worden gewaarborgd en de specifieke noden van kinderen adequaat worden geadresseerd.
Ja. De handhaving van humanitair oorlogsrecht en mensenrechten, waaronder ook de rechten en positie van kinderen, is een prioriteit voor Nederland tijdens het lidmaatschap van de VN-Veiligheidsraad. Het is heel belangrijk dat de Secretaris-Generaal van de VN en zijn speciale vertegenwoordiger voor Children and Armed Conflict in alle onafhankelijkheid en met voldoende middelen jaarlijks blijven rapporteren over schendingen van de rechten van kinderen en de aanpak van daders. Overtreders ter verantwoording roepen en de strijd tegen straffeloosheid zijn daarbij het leidmotief. De lijst van overtreders in het jaarlijkse rapport kan positieve verandering tot stand brengen en heeft een preventieve functie. Als lid van de Veiligheidsraad neemt Nederland ook deel aan de Working Group on Children and Armed Conflict. In die werkgroep wordt mogelijk nog in 2018 een rapport over Children And Armed Conflict in Syrië behandeld. Daarbij zal Nederland zich inzetten voor scherpe aanbevelingen aan de Veiligheidsraad in lijn met de algemene prioriteiten voor de bescherming van kinderen in gewapend conflict.
Na een kort maar intensief onderhandelingsproces is resolutie 2165 op 19 december jl. voor 12 maanden verlengd. Nederland heeft waar mogelijk de penvoerders van de resolutie gesteund en zal dit in 2018 zeker blijven doen. Cross border hulp bereikt maandelijks meer dan een miljoen mensen in Syrië. Gelet op de verwachting dat de humanitaire noden in 2018 groot zullen blijven (ref Humanitarian Needs Overview 2018) en het feit dat het logistiek gezien onmogelijk is die noden te adresseren met cross line hulp, was het essentieel dat resolutie 2165 verlengd werd. Het blijft belangrijk om alle mogelijke modaliteiten in te zetten om levensreddende hulp te bieden in Syrië.