Ingediend | 6 december 2017 |
---|---|
Beantwoord | 29 december 2017 (na 23 dagen) |
Indiener | Martijn van Helvert (CDA) |
Beantwoord door | Halbe Zijlstra (minister buitenlandse zaken) (VVD) |
Onderwerpen | internationaal internationale samenwerking |
Bron vraag | https://zoek.officielebekendmakingen.nl/kv-tk-2017Z17211.html |
Bron antwoord | https://zoek.officielebekendmakingen.nl/ah-tk-20172018-809.html |
De beschikbare informatie over de raketten afgevuurd door Houthi-rebellen wordt momenteel nauwgezet bestudeerd. Het is derhalve te vroeg om uitspraken te doen over de juistheid van de berichtgeving.
Het Panel of Experts van het VN-sanctiecomité voor Jemen heeft onderzoek gedaan naar de herkomst van de (resten van) raketten die door de Houthi-rebellen afgevuurd zouden zijn op Saudi-Arabië. Het Panel heeft in een vertrouwelijk rapport geconstateerd dat de raket alle kenmerken vertoont van een Iraanse raket. Het Panel doet in dit rapport geen uitspraken over wanneer, door wie en hoe de raket aan de Houthi-rebellen geleverd zou zijn.
Zie antwoord vraag 2.
Ja.
Indien onomstotelijk vast zou komen te staan dat de raket afgevuurd op Riyad door Iran is geleverd, nadat het wapenembargo voor Jemen (VR-resolutie 2216) is ingegaan (14 april 2015) zou dit een zeer zorgwekkende ontwikkeling zijn die reden zou zijn voor een stevig gesprek met Iran, in principe in EU-verband. Daarnaast zal het relevante sanctiecomité rapport uitbrengen en is de Veiligheidsraad aan zet, aangezien Iran dan een VN-sanctieregime zou hebben geschonden.
Op dit moment beschik ik echter niet over informatie die hier aanleiding toe geeft.
Het is van belang dat de Iraanse autoriteiten, maar ook andere landen, meewerken met het onderzoek van het Panel of Experts. De beschuldiging van de levering van raketten is immers een ernstige zaak, met zorgwekkende potentiele gevolgen voor de stabiliteit in de regio.
President Macron heeft aangegeven bezorgd te zijn over Irans ballistische programma. Ik deel deze zorgen. Irans raketprogramma dient los van het nucleaire akkoord (JCPOA) geadresseerd te worden want ballistische activiteiten vallen buiten de reikwijdte van het nucleaire akkoord zelf. De EU voert regelmatig – mede op aandringen van Nederland – een kritische dialoog met Iran over o.a. de opstelling van Iran in de regio, mensenrechten en de ontwikkelingen van het ballistische raketprogramma. Vooralsnog zijn nieuwe sancties niet voorzien als onderdeel van deze gesprekken.
Zie antwoord vraag 6.
Zie antwoord vraag 5.
Zie antwoord vraag 5.
Ja, ik deel deze zorgen. Deze zorgen worden – mede op aandringen van Nederland – regelmatig geadresseerd in de dialoog tussen EU Hoge Vertegenwoordiger en Iraanse vertegenwoordigers, waaronder de president. In die dialoog wordt expliciet gesproken over de rol van Iran in de regio en wordt duidelijk te kennen gegeven dat Iran de destabiliserende activiteiten moet staken.