Ingediend | 4 januari 2017 |
---|---|
Beantwoord | 30 januari 2017 (na 26 dagen) |
Indiener | Norbert Klein (Klein) |
Beantwoord door | Ronald Plasterk (minister binnenlandse zaken en koninkrijksrelaties) (PvdA) |
Onderwerpen | bestuur gemeenten organisatie en beleid |
Bron vraag | https://zoek.officielebekendmakingen.nl/kv-tk-2017Z00066.html |
Bron antwoord | https://zoek.officielebekendmakingen.nl/ah-tk-20162017-1069.html |
Ja.
Het effect dat inwoners van een gemeente meebetalen aan de precariobelasting die door een andere gemeente aan netbeheerders wordt opgelegd, is een belangrijke reden voor het beperken van de heffingsbevoegdheid ten aanzien van precariobelasting voor enige openbare werken van algemeen nut. Het wetsvoorstel hiertoe wordt binnenkort in de Tweede Kamer behandeld.
Sinds 2004 leeft in de Tweede Kamer de wens om de precariobelasting op nutsnetwerken te beperken. Ook het kabinet is van mening dat afschaffing wenselijk is, ondermeer gelet op het bovengenoemde effect.
De aan mij toegeschreven woorden betreffen geen citaat, maar een parafrase. Het indirecte karakter van de precariobelasting op nutsnetwerken vertroebelt naar mijn mening de democratische afweging die de heffing van belastingen dient te legitimeren.
Gemeenten mogen op basis van de huidige wetgeving besluiten tot invoering van de precariobelasting op nutsnetwerken. Zoals ook uiteengezet in het nader rapport,2 is juist de stijging van het aantal gemeenten dat de precariobelasting de afgelopen jaren heeft ingevoerd reden geweest om ondanks het advies van de Afdeling advisering van de Raad van State om te wachten op een grotere herziening van het lokale belastinggebied, het bovengenoemde wetsvoorstel zo spoedig mogelijk in te dienen. Overigens is het niet zo dat 70 nieuwe gemeenten in 2016 de precariobelasting hebben ingevoerd. Waarschijnlijk worden hiermee de gemeenten bedoeld die alsnog onder de gewijzigde overgangsregeling vallen.3
Per 1 januari 2017 hebben circa 175 gemeenten een verordening op basis waarvan zij precariobelasting op nutsnetwerken kunnen heffen. Het is mij niet bekend of deze gemeenten voornemens zijn om daadwerkelijk precariobelasting te heffen in 2017. Er zijn namelijk gemeenten die wel de precariobelasting hebben ingevoerd, maar niet overgaan tot heffing.
Door de verruiming van het voorgestelde overgangsrecht, komen er ongeveer 70 gemeenten extra voor de overgangsregeling in aanmerking. Het is niet zeker welk bedrag aan precario hiermee samenhangt. De schatting van Netbeheer Nederland lijkt te zien op het geval dat alle gemeenten, die alsnog onder de verruimde overgangsregeling vallen, tot 1 januari 2027 de nutsnetwerken in hun gemeenten volledig zullen belasten. Er zijn verschillende redenen om aan te nemen dat dit niet het geval zal zijn. Gemeenten die nu geen uitvoering geven aan hun verordening kunnen ook de komende jaren er voor kiezen dit niet doen. Ook kunnen gemeenten al vóór 2027 beginnen met het afbouwen van de precariobelasting door het tarief te verlagen of te stoppen met heffen. Bovendien kan bij een herziening van het lokaal belastinggebied de overgangsregeling worden heroverwogen.
Zie antwoord vraag 7.
De termijn van tien jaar biedt gemeenten voldoende tijd om de financiële gevolgen van de afschaffing van precariobelasting op nutsnetwerken op te vangen in de begroting. Een eventuele verhoging van het gemeentefonds ter compensatie van het afschaffen van de precariobelasting op nutsnetwerken is daarom niet aan de orde.
Zie antwoord vraag 9.