Ingediend | 23 november 2016 |
---|---|
Beantwoord | 15 december 2016 (na 22 dagen) |
Indiener | Hanke Bruins Slot (CDA) |
Beantwoord door | Edith Schippers (minister volksgezondheid, welzijn en sport) (VVD), Ard van der Steur (minister justitie en veiligheid) (VVD) |
Onderwerpen | verkeer weg |
Bron vraag | https://zoek.officielebekendmakingen.nl/kv-tk-2016Z21955.html |
Bron antwoord | https://zoek.officielebekendmakingen.nl/ah-tk-20162017-773.html |
Ja.
Het Instituut Fysieke Veiligheid (IFV) draagt er in opdracht van de Staat, in mandaat van de Minister van Veiligheid en Justitie, zorg voor dat ongeautoriseerd gebruik van de OOV-striping voorkomen wordt. De OOV-striping is voorbehouden aan een aantal met naam genoemde hulpverleningsdiensten dat een dringende taak heeft. Voor het publiek moet te allen tijde duidelijk zijn wanneer het om dergelijke voertuigen gaat.
In de aflevering van EditieNL worden twee gevallen besproken; de auto’s van huisartsen voor spoedritten en de auto’s voor orgaantransport. Met de organisatie van huisartsenposten (InEen) is overeengekomen dat zij de zogenoemde secundaire variant van de ambulancehuisstijl gaan voeren2. Hiervoor geldt een overgangstermijn van vijf jaar. InEen heeft het besluit naar haar leden gecommuniceerd. De voertuigen van het door de Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport aangewezen orgaancentrum ten behoeve van het spoedeisende vervoer van transplantatieorganen en het spoedeisende vervoer van transplantatieteams, leveren geen ambulancezorg maar personenvervoer. In de Regeling Optische- en Geluidssignalen 2009 is bepaald dat zij optische en geluidssignalen mogen voeren in een eigen huisstijl. In beide gevallen creëert het feit dat zij ongeautoriseerd gebruik hebben gemaakt van de OOV-striping, geen recht op het gebruik ervan. Het IFV is reeds in gesprek met de Nederlandse Transplantatie Stichting over een oplossing en een redelijke overgangstermijn.
Ambulances die uit de dienst worden genomen, moet worden ontdaan van de OOV-striping en van de optische en geluidssignalen. Toen recent geconstateerd moest worden dat niet alle organisaties zich daaraan hielden, zijn zowel de veiligheidsregio’s als de regionale ambulancevoorzieningen daarop aangesproken. Wij vinden het ongeautoriseerd gebruik van de OOV-striping in alle gevallen ongewenst, omdat het de eenduidigheid, herkenbaarheid en opvallendheid van de diensten voor openbare orde en veiligheid in gevaar brengt.
In 2002 zijn de regels ten aanzien van het gebruik van de OOV-striping voor de ambulances vastgesteld4. Dat is verder uitgewerkt in het handboek striping ambulances. In de door u aangehaalde brief uit 20025 is uitgelegd dat de huisartsencentrales ten einde van de striping gebruik te mogen maken, moesten voldoen aan de regels gesteld in het handboek. De regels van het handboek gaan uit van primaire striping die gebruikt wordt door ambulances met een dringende taak en van de secundaire striping door onder andere de huisartsenposten.
Nee, de doelstelling van OOV-striping is dat alle daartoe aangewezen voorrangsvoertuigen van de politie, brandweer en ambulancehulpverlening uniform herkenbaar zijn in het verkeer. Ik verwijs u verder naar het antwoord op vraag 2.
Zie antwoord vraag 5.
Ja.