Kamervraag 2016Z15587

Het bericht dat de Reddingsbrigade Nederland zich ernstige zorgen maakt over de afnemende zwemvaardigheid van kinderen

Ingediend 29 augustus 2016
Beantwoord 7 oktober 2016 (na 39 dagen)
Indiener Michiel van Nispen
Beantwoord door Edith Schippers (minister volksgezondheid, welzijn en sport) (VVD)
Onderwerpen cultuur en recreatie sport
Bron vraag https://zoek.officielebekendmakingen.nl/kv-tk-2016Z15587.html
Bron antwoord https://zoek.officielebekendmakingen.nl/ah-tk-20162017-133.html
  • Vraag 1
    Wat is uw reactie op het bericht dat de Reddingsbrigade Nederland zich ernstige zorgen maakt over de afnemende zwemvaardigheid onder kinderen?1

    Ik deel de opvatting van de Reddingsbrigade dat we het niveau van zwemvaardigheid van kinderen goed in de gaten moeten houden.
    Ouders hebben daar primair de verantwoordelijkheid in. Het is goed om te kijken hoe activiteiten van andere organisaties eraan kunnen bijdragen dat er minder ongevallen plaatsvinden op het water. Naar de vraag wanneer een kind voldoende zwemveilig kan worden genoemd, doen momenteel verschillende instanties onderzoek.
    In 2014 beschikte 95 procent van de kinderen tussen de 11 en 16 jaar over minimaal het zwemdiploma A2. Ik juich het toe dat kinderen zich nog meer bekwamen in het zwemmen met een diploma B of C. Zo vergroten zij het zwemplezier, de zwemvaardigheid en de zwemveiligheid verder. Ik zie hier ook een rol voor ouders weggelegd: zij zijn in de eerste plaats degenen die een kind hiertoe kunnen stimuleren. Hiernaast is het goed om te kijken wat organisaties kunnen bijdragen aan de verdere verbetering hiervan.
    Om de bovengenoemde redenen heb ik begin dit jaar aan het Nationaal Platform Zwembaden|NRZ financiële ondersteuning geboden om in 2016 en 2017 te werken aan het plan van aanpak:»Op weg naar een duurzaam zwemveilig Nederland in 2020»
    De Reddingsbrigade is als partner betrokken bij de totstandkoming van dit plan. Partijen beogen samen met de zwembranche bij te dragen aan het vergroten van de zwemvaardigheid en zwemveiligheid in Nederland. Ik kijk uit naar de resultaten.

  • Vraag 2
    Hoe beoordeelt u het feit dat de Reddingsbrigade het elk jaar drukker krijgt met kinderen en volwassenen die niet zwemvaardig zijn en hieraan komen te overlijden in het water? Kunt u uw antwoord toelichten?

    Zie antwoord vraag 1.

  • Vraag 3
    Deelt u de mening dat kinderen niet zwemvaardig genoeg zijn na het behalen van één diploma, veel kinderen behalen wel een zwemdiploma A maar geen zwemdiploma's B en C, en dat aanvullende maatregelen moeten worden ingezet om kinderen zwemvaardig te maken? Kunt u uw antwoord toelichten?

    Zie antwoord vraag 1.

  • Vraag 4
    Hoe oordeelt u over de uitspraak van de Reddingsbrigade Nederland die pleit voor het invoeren van verplicht schoolzwemmen? Kunt u uw antwoord toelichten?

    Het is aan scholen, ouders en gemeenten om te bepalen hoe het zwemonderwijs op lokaal niveau wordt vormgegeven. Zo hebben we dit in Nederland met elkaar afgesproken. In deze situatie behaalt 95 procent van de kinderen momenteel het zwemdiploma A. Dit percentage is zeer hoog en in de afgelopen jaren nagenoeg constant gebleven. Mede hierom acht het kabinet het eventueel opnieuw Rijksbreed invoeren van verplicht zwemonderwijs niet aan de orde.
    Ik teken hierbij aan dat op lokaal niveau wel verschillende stimuleringsprojecten plaatsvinden om kinderen aan te moedigen meer te gaan zwemmen. In het kader van het plan van aanpak zwemonderwijs worden momenteel aansprekende en succesvolle voorbeelden van dergelijke trajecten in kaart gebracht. Ik ben voornemens de Kamer in het najaar van 2016 te informeren over de stand van zaken van dit plan, waarin ook aandacht wordt besteed aan de structuur van het zwemonderwijs.

  • Vraag 5
    Wat vindt u ervan dat sinds de jaren «80, toen schoolzwemmen nog gewoon de norm was, nu nog maar vier op de tien scholen schoolzwemmen aanbiedt? Kunt u uw antwoord toelichten?

    Zie antwoord vraag 4.

  • Vraag 6
    Bent u bereid samen met gemeenten en scholen plannen te maken om het traject van schoolzwemmen weer in te voeren? Kunt u uw antwoord toelichten?

    Zie antwoord vraag 4.

  • Vraag 7
    Wanneer kan de Kamer de resultaten van het onderzoek verwachten waarin onderzocht wordt waarom sommige scholen wel slagen om schoolzwemmen aan te bieden en andere scholen niet? Kunt u uw antwoord toelichten?

    Zie antwoord vraag 4.

  • Vraag 8
    Bent u bereid om schoolzwemmen weer als verplicht vak op te nemen, zodat scholen, gemeenten en ouders samen hun kinderen zwemvaardig maken? Zo niet, waarom niet?

    Zie antwoord vraag 4.

  • Mededeling - 19 september 2016

    De vragen van het Kamerlid Van Nispen (SP) over het bericht dat de Reddingsbrigade Nederland zich ernstige zorgen maakt over de afnemende zwemvaardigheid van kinderen (2016Z15587) kunnen tot mijn spijt niet binnen de gebruikelijke termijn worden beantwoord. Ik zal u zo spoedig mogelijk de antwoorden op de Kamervragen doen toekomen.


Kamervraag document nummer: kv-tk-2016Z15587
Volledige titel: Het bericht dat de Reddingsbrigade Nederland zich ernstige zorgen maakt over de afnemende zwemvaardigheid van kinderen
Kamerantwoord document nummer: ah-tk-20162017-133
Volledige titel: Antwoord op vragen van het lid Van Nispen over het bericht dat de Reddingsbrigade Nederland zich ernstige zorgen maakt over de afnemende zwemvaardigheid van kinderen