Ingediend | 3 juni 2016 |
---|---|
Beantwoord | 10 juni 2016 (na 7 dagen) |
Indieners | Jasper van Dijk , Agnes Mulder (CDA), Eppo Bruins (CU), Elbert Dijkgraaf (SGP), Raymond de Roon (PVV), Rik Grashoff (GL) |
Beantwoord door | Lilianne Ploumen (minister zonder portefeuille buitenlandse zaken) (PvdA) |
Onderwerpen | economie europese zaken handel internationaal |
Bron vraag | https://zoek.officielebekendmakingen.nl/kv-tk-2016Z11135.html |
Bron antwoord | https://zoek.officielebekendmakingen.nl/ah-tk-20152016-2799.html |
Ja.
Ja.
Besluitvorming over associatieakkoorden geschiedt met unanimiteit in de Raad. Daarom had Nederland een vetorecht bij de besluitvorming over ondertekening en voorlopige toepassing door de EU van het associatieakkoord met Oekraïne. CETA is geen associatieakkoord maar een handels- en investeringsakkoord. Of besluitvorming over ondertekening en voorlopige toepassing van CETA zal geschieden met unanimiteit of gekwalificeerde meerderheid is afhankelijk van de rechtsgrondslag. Omdat de Commissie nog geen voorstel heeft gedaan en de onderhandelingen in de Raad nog niet zijn begonnen, is nog niet bekend wat de rechtsgrondslag van het besluit tot ondertekening en voorlopige toepassing van CETA gaat worden. Ongeacht de rechtsgrondslag is het goed gebruik in de Raad dat besluitvorming op basis van consensus tussen alle lidstaten geschiedt.
Het kabinet is niet bekend met enig schriftelijk juridisch advies dat de Nederlandse regering of de (Europese) Raad afgelopen jaar heeft ontvangen over voorlopige toepassing van EU-akkoorden met derde landen.
Zie antwoord vraag 4.
Ja.