Ingediend | 25 januari 2016 |
---|---|
Beantwoord | 19 februari 2016 (na 25 dagen) |
Indieners | Sietse Fritsma (PVV), Geert Wilders (PVV) |
Beantwoord door | Klaas Dijkhoff (staatssecretaris justitie en veiligheid) (VVD) |
Onderwerpen | migratie en integratie organisatie en beleid |
Bron vraag | https://zoek.officielebekendmakingen.nl/kv-tk-2016Z01338.html |
Bron antwoord | https://zoek.officielebekendmakingen.nl/ah-tk-20152016-1579.html |
Er is geen sprake van voorrang of versnelling van houders van een verblijfsvergunning ten opzichte van Nederlanders. Het gaat hier om de uitvoering van een pilot bij het COA, waarbij gekeken wordt of het centraal indienen van aanvragen voor toeslagen tot minder fouten bij de aanvragen en tot een snellere uitstroom uit de opvang leidt. De wet aanpak fraude toeslagen en fiscaliteit vereist dat een burger die korter dan 1 jaar in de BRP staat ingeschreven persoonlijk naar de balie van een belastingkantoor moet komen om zich te identificeren. Een bezoek aan de belastingdienstbalie ter identificatie is bij vergunninghouders overbodig omdat de medewerkers van het COA de identificatie al hebben gedaan. Voor iedereen, ook voor de betrokken organisaties, is het dan (kosten)efficiënter als het COA de eerste aanvraag doet, waaruit blijkt dat het gaat om zulke vergunninghouders. De behandeling en controle van de aanvraag verloopt verder identiek aan andere aanvragen. Na het doen van de eerste aanvraag bemoeit het COA zich ook niet met de verdere procedure.
Alle burgers die moeite hebben met het aanvragen of wijzigen van hun toeslagen kunnen hiervoor terecht bij de partners van Belastingdienst/Toeslagen op locatie, dit zijn de Toeslagenservicepunten (TSP) en Toeslagendienstverleners (TDV). Deze zitten door heel Nederland en zijn via de website van de Belastingdienst of via de belastingtelefoon op te vragen.
Gezien de geschetste gang van zaken ben ik van mening dat er geen sprake is van een verschil in behandeling dat leidt tot benadeling van wie dan ook.
Zoals ik uw Kamer al eerder heb gemeld is de huidige vluchtelingenproblematiek een grote uitdaging, zowel op Europees, nationaal, als lokaal niveau. Op al deze niveaus werkt het kabinet samen met alle betrokkenen aan oplossingen en maatregelen om de huidige situatie het hoofd te kunnen bieden en de instroom te beperken, en zal dit blijven doen.
Het kabinet heeft zijn visie op de huidige vluchtelingenproblematiek uiteengezet in de brief aan uw Kamer d.d. 8 september jl. (Kamerstuk 19 637, nr. 2030). Hierbij heeft het kabinet zowel een middellangetermijnstrategie uiteengezet als een tussenoplossing. Daarnaast heeft het kabinet uw Kamer op 5 oktober jl. (Kamerstuk 22 112, nr. 2004) geïnformeerd over de appreciatie van de drie pakketten op het gebied van migratie van de Europese Commissie van september. Verder bent u geïnformeerd over de inzet van het kabinet middels de geannoteerde agenda’s van de recente JBZ-Raden. Tot slot is op 27 november 2015 het bestuursakkoord verhoogde asielinstroom bekrachtigd tussen Rijk en gemeenten.
Met het akkoord wordt ingezet op een brede, gedragen en gezamenlijke aanpak van de asielinstroom. Het uitgangspunt ligt in passende oplossingen waarbij de kosten voor de maatschappij zo laag mogelijk worden gehouden: sober en rechtvaardig. Hiertoe zijn afspraken gemaakt over concrete maatregelen over de uitbreiding van de (nood)opvangcapaciteit, de sluitende aanpak van de huisvesting en de investeringen in integratie en werktoeleiding.
Als gevolg van de keuze voor een sobere huisvestingsvoorziening en de inzet op het realiseren van tijdelijke en betaalbare woningen, bereidt de Minister voor Wonen en Rijksdienst thans een wetsvoorstel voor, gericht op het schrappen van de voorrangsbepaling ten aanzien van vergunninghouders.
Hierbij deel ik u mede dat de schriftelijke vragen van de leden Fritsma en Wilders (beiden PVV) van uw Kamer aan de Staatssecretaris van Veiligheid en Justitie over het door het Centraal orgaan Opvang Asielzoekers (COA) verzorgen van huur- en zorgtoeslag voor statushouders (ingezonden 25 januari 2016) niet binnen de gebruikelijke termijn kunnen worden beantwoord, aangezien nog niet alle benodigde informatie is ontvangen. Ik streef ernaar de vragen zo spoedig mogelijk te beantwoorden.