Ingediend | 2 oktober 2015 |
---|---|
Beantwoord | 28 oktober 2015 (na 26 dagen) |
Indieners | Fatma Koşer Kaya (D66), Pia Dijkstra (D66) |
Beantwoord door | Sharon Dijksma (staatssecretaris economische zaken) (PvdA), Edith Schippers (minister volksgezondheid, welzijn en sport) (VVD) |
Onderwerpen | gezondheidsrisico's voeding zorg en gezondheid |
Bron vraag | https://zoek.officielebekendmakingen.nl/kv-tk-2015Z18052.html |
Bron antwoord | https://zoek.officielebekendmakingen.nl/ah-tk-20152016-407.html |
Ja
De exploitant van een levensmiddelenbedrijf is er zelf verantwoordelijk voor dat de levensmiddelen die hij op de markt brengt aan de voedselveiligheidsvoorschriften voldoen.
De NVWA handhaaft de naleving van de levensmiddelenwetgeving. Zij zet haar capaciteit en middelen in op basis van risico-inschattingen. Dit betekent dat niet alle producten worden onderzocht, maar dat op basis van verwachte risico’s wordt bepaald of en welke producten worden onderzocht. Zie verder het antwoord bij vraag 3.
Een aanzienlijk deel van de importstroom naar de EU verloopt via Nederland. Het is onmogelijk om hiervan alles te controleren. Levensmiddelen en grondstoffen waarbij de NVWA risico’s verwacht, worden gecontroleerd (= het risicogebaseerde toezicht). De NVWA bepaalt het risico op basis van onderzoek, meldingen, gebruik van kwaliteitssystemen, etc.
De nadruk ligt hierbij op het controleren van bepaalde land/productcombinaties met bekende risico’s, zoals de mogelijke normoverschrijdingen van residuen van gewasbeschermingsmiddelen of chemische contaminanten. De nadruk van deze controles ligt niet op frisdranken, omdat hierin deze risico’s in mindere mate aanwezig zijn.
Het gaat hier om een additief dat in de Verenigde Staten is toegelaten en in de EU niet. Verwacht mag worden dat importeurs op de hoogte zijn van de verschillen in wetgeving en dat zij hun kwaliteitscontroles hierop inrichten.
De NVWA probeert zo goed mogelijk haar capaciteit in te zetten op controles die gericht zijn op het voorkomen van mogelijke risico’s voor de voedselveiligheid. In haar Plan van Aanpak zijn extra middelen gereserveerd, opdat de NVWA haar kennispositie kan verbeteren. Met meer kennis over alle mogelijke risico’s werkt de NVWA aan een verbeterde risicogebaseerde aanpak. Voor het inrichten van het risicogebaseerde toezicht maakt de NVWA gebruik van wetenschappelijke kennis, kennis op basis van haar eigen toezicht en kennis op basis van signalen en meldingen. In dit geval was er sprake van een signaal dat voor de twee grote supermarktketens aanleiding was om de betreffende producten onmiddellijk uit de handel te halen.
Zoals ik in het antwoord op vraag 2 heb vermeld, is de borging van de voedselveiligheid een verantwoordelijkheid van de exploitant van een levensmiddelenbedrijf en ziet de NVWA hierop toe. Bedrijven (importeurs, fabrikanten en supermarkten) moeten bij hun toeleveranciers strikt toezien op de naleving van de voedselveiligheidsvereisten.
De NVWA prioriteert haar toezicht op basis van een inschatting van de mogelijke risico’s, zie verder het antwoord op vraag 4. Op deze wijze wordt de voedselveiligheid voor de Nederlandse consument zo goed mogelijk geborgd. Volledige zekerheid is echter nooit te geven.