Ingediend | 23 april 2015 |
---|---|
Beantwoord | 27 mei 2015 (na 34 dagen) |
Indiener | Marianne Thieme (PvdD) |
Beantwoord door | Sharon Dijksma (staatssecretaris economische zaken) (PvdA) |
Onderwerpen | dieren landbouw natuur- en landschapsbeheer natuur en milieu |
Bron vraag | https://zoek.officielebekendmakingen.nl/kv-tk-2015Z07545.html |
Bron antwoord | https://zoek.officielebekendmakingen.nl/ah-tk-20142015-2373.html |
Ja.
De ambitie om in 2018 te stoppen met castreren staat wat mij betreft recht overeind. Eind april heb ik dit onderwerp ook onder de aandacht gebracht tijdens de internationale conferentie Welzijn Varkens in Kopenhagen. Het is primair de verantwoordelijkheid van de Europese varkensvleesketen dat varkensvlees van niet gecastreerde varkens op basis van een kwalitatief goede en geaccepteerde geurdetectie wordt aangeboden aan de retail en de consument en om op deze wijze de marktacceptatie verder te vergroten. Ik zal me blijven inzetten om dit doel met alle betrokken stakeholders, verenigd in de stuurgroep Boars 2018, te halen zoals ook eerder genoemd in de stand van zaken beleidsbrief dierenwelzijn van 30 maart jl. (Kamerstuk 28 286, nr 799).
Zie antwoord vraag 2.
Nee. Ik zie nog voldoende perspectieven in de markt voor de afzet van vlees van niet-gecastreerde varkens. Ik zal niet overgaan tot een eenzijdig verbod op het castreren in Nederland. Ik ben voorstander van het aanscherpen van dierwelzijnseisen op Europees niveau, niet alleen vanwege de gevolgen voor de concurrentiepositie van de Nederlandse sectoren maar ook voor de verbetering van het dierenwelzijn in de andere lidstaten. Innovaties op het terrein van dierenwelzijn moeten deel uitmaken van onderscheidende marktconcepten en worden betaald uit de markt. Het verplicht eenzijdig aanscherpen van wettelijke eisen voor dierenwelzijn maakt het verdienmodel voor verduurzaming van de dierlijke ketens in de praktijk nagenoeg onmogelijk.
Improvac is een wettelijk toegelaten middel, waarvan de effecten voor dier- en volksgezondheid uitgebreid zijn onderzocht. Nader onderzoek acht ik niet nodig.