Ingediend | 21 april 2015 |
---|---|
Beantwoord | 22 mei 2015 (na 31 dagen) |
Indiener | Barry Madlener (PVV) |
Beantwoord door | Melanie Schultz van Haegen (minister infrastructuur en waterstaat) (VVD) |
Onderwerpen | economie energie natuur en milieu toerisme |
Bron vraag | https://zoek.officielebekendmakingen.nl/kv-tk-2015Z07287.html |
Bron antwoord | https://zoek.officielebekendmakingen.nl/ah-tk-20142015-2340.html |
Ja.
Nee, dat klopt niet. Op 1 december 2014 is aan de wethouders van Noordwijk, Katwijk en Zandvoort een demonstratie gegeven met een applicatie van de visuele effecten van windparken voor de Noord- en Zuid-Hollandse kust. Er was op dat moment nog geen film. In aanloop naar de inspraakprocedure is hetzelfde zelfstandige bureau gevraagd op basis van deze applicatie en de meest actuele gegevens een realistische film te maken. Er is uitgegaan van een mooie zomerse dag, omdat er dan veel recreatie en toerisme is. Voor de totstandkoming van de film is gebruik gemaakt van gegevens van het KNMI. Op 18,5 km van de kust zijn de weersomstandigheden zeer bepalend voor wat er aan de horizon wel of niet te zien is van de windparken. Op basis van metingen van het KNMI is de verwachting dat in de zomer de windparken voor de Noord- en Zuid-Hollandse kust op die afstand bij daglicht ongeveer 16% geheel zichtbaar zijn, 50% niet zichtbaar en 34% van de tijd gedeeltelijk zichtbaar. Gedurende een heel jaar is de verwachting dat de windparken op 18,5 km van de kust bij daglicht ongeveer 8% van de tijd geheel zichtbaar zijn, 65% niet zichtbaar, en 27% van de tijd gedeeltelijk zichtbaar.
Nee, het Rijk probeert op een zorgvuldige manier alle belanghebbenden zo goed mogelijk te informeren. Daartoe zijn er inspraakprocedures en worden er informatieavonden bij kustgemeenten georganiseerd. Het ingeschakelde bureau ROM3D is een zelfstandig adviesbureau, gespecialiseerd in het maken van dit soort simulaties.
Op 26 maart jl. is een motie van Tweede Kamerleden Van Veldhoven (D66) en Mulder (CDA) (Kamerstukken 2014–2015, 34 058, nr. 30) aangenomen waarin wordt aanbevolen om nog nader te kijken naar enerzijds de vraag in welke gebieden de risico’s dat de maatschappelijke nadelen de kostenvoordelen teniet zullen doen het grootst zijn, en anderzijds de vraag wat de effecten op de werkgelegenheid en economie van de kustgemeenten zullen zijn. Dit wordt door het Rijk nader onderzocht. De resultaten daarvan zullen voor het voorgenomen besluit over de locaties van de windparken, vast te leggen in de Rijksstructuurvisie Windenergie op Zee Aanvulling gebied Hollandse Kust, naar de Kamer worden gestuurd.