Ingediend | 2 maart 2015 |
---|---|
Beantwoord | 18 maart 2015 (na 16 dagen) |
Indiener | Madeleine van Toorenburg (CDA) |
Beantwoord door | Ronald Plasterk (minister binnenlandse zaken en koninkrijksrelaties) (PvdA) |
Onderwerpen | bestuur gemeenten openbare orde en veiligheid organisatie en beleid |
Bron vraag | https://zoek.officielebekendmakingen.nl/kv-tk-2015Z03623.html |
Bron antwoord | https://zoek.officielebekendmakingen.nl/ah-tk-20142015-1605.html |
Ja.
Ja.
Uit de reacties van de gemeenten die wel hebben gereageerd op de oproep van het Landelijk Bureau Vermiste Personen kan worden afgeleid dat er bij gemeenten sprake is van onbekendheid met het opgraven van begraven personen. Het beter informeren van gemeenten over het belang van identificatie, de relevante wetgeving, de procedures en de rol van betrokkenen (burgemeester, begraafplaatsbeheerder, NFI, Politie) zou de medewerking van gemeenten kunnen bevorderen. Voor dit doel is een brochure uitgebracht door de politie, het NFI en mijn ministerie getiteld «Vaststellen van de identiteit van een Nomen Nescio».2
Een andere reden waarom gemeenten niet hebben gereageerd kan zijn dat de administratie van onbekende doden niet altijd op orde is. De oproep die is gedaan betrof het verstrekken van inzicht in alle begraven onbekenden van voor 2010. Na de Tweede Wereldoorlog is de administratie eerst met de hand vastgelegd. Vervolgens zijn er verschillende geautomatiseerde systemen gebruikt.
Ik verwijs u in dit verband tevens naar het antwoord op vraag 5.
Ja. Identificatie van vermiste personen is de laatste kans voor achterblijvers om de onzekerheid over het lot van hun dierbare weg te nemen. Dit kan van groot belang zijn voor de verwerking van het verdriet van de achterblijvers.
Ja, gelet op het grote belang van identificatie van vermiste personen wil ik samen met de VNG bezien hoe de medewerking door gemeenten nog verder bevorderd kan worden.