Ingediend | 16 december 2014 |
---|---|
Beantwoord | 12 januari 2015 (na 27 dagen) |
Indieners | Joram van Klaveren (GrBvK), Louis Bontes (GrBvK) |
Beantwoord door | Bert Koenders (minister buitenlandse zaken) (PvdA), Fred Teeven (staatssecretaris justitie en veiligheid) (VVD) |
Onderwerpen | migratie en integratie organisatie en beleid |
Bron vraag | https://zoek.officielebekendmakingen.nl/kv-tk-2014Z23195.html |
Bron antwoord | https://zoek.officielebekendmakingen.nl/ah-tk-20142015-994.html |
Ja.
Het Kabinet hecht aan opvang van vluchtelingen in de regio. Nederland acht het daarom van belang om, wanneer zich een humanitaire crisis voordoet waarvan de gevolgen regionaal voelbaar zijn en waar voor het overleven van deze vluchtelingen internationale ondersteuning noodzakelijk is, ondersteuning te bieden bij opvang van vluchtelingen in de regio en levert daartoe een substantiële bijdrage aan humanitaire hulp. Nederland levert in dit kader ook belangrijke steun aan de VN Vluchtelingenorganisatie (UNHCR), met onder meer een bedrag van 33 miljoen euro als kernbijdrage voor 2015, die UNHCR kan inzetten waar de noden het hoogst zijn. Voor duurzame opvang in de regio is het Kabinet voorts van mening dat zelfredzaamheid van vluchtelingen en sociaaleconomische ondersteuning van gastgemeenschappen van belang is. Daarom is één van de doelstellingen voor het Nederlandse Relief Fund om balans aan te brengen tussen ondersteuning van vluchtelingen en van gastgemeenschappen.
Daarnaast heeft Nederland zich verplicht om asielzoekers die in Nederland een veilig heenkomen zoeken asiel te verlenen wanneer zij daar recht toe hebben. Dat wordt bepaald in de Nederlandse asielprocedure en is onderhevig aan een rechterlijke toets.
De verplichting tot het bieden van bescherming aan hen die dat nodig hebben, geldt niet alleen voor de EU maar voor alle landen die partij zijn bij het VN-vluchtelingenverdrag. Marokko heeft in de afgelopen twee jaar het migratiebeleid herzien en een asielsysteem ingericht. In dit kader zijn door Marokko enkele duizenden migranten geregulariseerd en hebben enkele honderden personen een asielstatus gekregen. Met deze laatste stap geeft Marokko daadwerkelijk invulling aan de verplichtingen die voortvloeien uit het Vluchtelingenverdrag. Met de EU-bijdrage waarnaar wordt verwezen in het onderhavige artikel, wordt Marokko ondersteund bij de verdere implementatie van het nieuwe migratiebeleid.
Zie antwoord vraag 2.
Zie antwoord vraag 2.
Derde landen worden op verschillende manieren ondersteund bij de opvang van vluchtelingen, zoals door de al eerder genoemde humanitaire hulp via bijdragen aan organisaties als UNHCR, het programma voor migratie en ontwikkeling en de Internationale Organisatie voor Migratie (IOM). Daarnaast worden met name de nabuurschapslanden gericht ondersteund bij de inrichting van een asielsysteem. Zo kan vanuit de EU ondersteuning worden geboden bij de opbouw van een asiel- en migratiedienst, worden door EASO trainingen gegeven aan de medewerkers van asieldiensten en worden thematische bijeenkomsten georganiseerd waarop specifieke asielgerelateerde thema’s verder worden uitgediept. De resultaten van deze inspanningen worden langzaam maar zeker zichtbaar, bijvoorbeeld in de vorm van een daadwerkelijk functionerend asielsysteem in een land als Moldavië. Vanwege de diversiteit van de activiteiten en omdat het voor een deel ook personele inzet betreft, is het niet mogelijk aan te geven welke bedragen hiermee zijn gemoeid.
Nee, dat kan niet worden gegarandeerd. Zoals onder het antwoord op vraag 2, 3 en 4 is weergegeven, heeft Nederland zich verplicht om het asielverzoek te behandelen van personen uit derde landen die niet eerder in een EU land verbleven.
Gelet op het feit dat de komst van asielzoekers naar Nederland meestal verband houdt met crises in landen van herkomst, deel ik niet de analyse dat een opt-out ten aanzien van het Europese immigratie- en asielbeleid een structurele oplossing voor het vluchtelingenprobleem zou zijn. Structurele oplossingen zullen vooral gerealiseerd moeten worden in de landen van herkomst.
Hierbij bericht ik u, mede namens de Minister van Buitenlandse Zaken, dat de schriftelijke vragen van de leden Van Klaveren en Bontes (beiden Groep Bontes/Van Klaveren) over Marokko dat asielzoekers gaat opvangen voor de EU (ingezonden 16 december 2014) niet binnen de gebruikelijke termijn kunnen worden beantwoord, aangezien nog niet alle benodigde informatie ontvangen is. Ik streef ernaar de vragen zo spoedig mogelijk te beantwoorden.