Ingediend | 10 november 2014 |
---|---|
Beantwoord | 9 december 2014 (na 29 dagen) |
Indiener | Helma Lodders (VVD) |
Beantwoord door | Sharon Dijksma (staatssecretaris economische zaken) (PvdA) |
Onderwerpen | dieren gezondheidsrisico's landbouw zorg en gezondheid |
Bron vraag | https://zoek.officielebekendmakingen.nl/kv-tk-2014Z20114.html |
Bron antwoord | https://zoek.officielebekendmakingen.nl/ah-tk-20142015-774.html |
Ja.
Het met H5N8 besmette kalkoenenbedrijf in Duitsland is op 6 november jl. geruimd en er is een beschermings- en toezichtsgebied ingesteld conform de Europese regelgeving. Voor lege vrachtwagens, die terugkomen uit Duitsland en waarmee gevogelte of broedeieren zijn vervoerd, is een tweede reiniging en ontsmetting in Nederland ingesteld. Deze verplichte tweede reiniging en ontsmetting is beschreven bij de tijdelijke maatregelen en blijft van kracht tot deze nationale verplichting wordt ingetrokken.
Voor de huidige uitbraak van hoogpathogene vogelgriep kende Nederland de afgelopen jaren met name uitbraken van laagpathogene vogelgriep, die veelal bij buitenuitloopbedrijven plaats vonden. Daarom is er bij het Centraal Veterinair Instituut (CVI), onderdeel van Wageningen-UR, onderzoek uitgezet naar risicofactoren voor vogelgriep, bijvoorbeeld naar de vraag of er bepaalde perioden met een verhoogd risico op vogelgriep te identificeren zijn. Ik zal uw Kamer begin volgend jaar informeren over de resultaten.
Het beleidsdraaiboek vogelgriep (AI) is in overleg met het bedrijfsleven opgesteld.
Zie antwoord vraag 3.
De productschapstaken voor dierziektes zijn, waar het een publieke taak betreft, grotendeels overgenomen door het Ministerie van Economische Zaken. Hieronder vallen de taken ten aanzien van vogelgriepmonitoring.
Reiniging en ontsmetting zijn taken van het bedrijfsleven zelf.
Ja.
De vragen van het lid Lodders (VVD) aan de Staatssecretaris van Economische Zaken over een nieuw vogelpesttype in Duitsland (ingezonden 10 november kenmerk 2014Z20114) kunnen helaas niet binnen de termijn worden beantwoord. De vragen zullen tijdig voor het AO dierziekten en antibioticagebruik, gepland op 11 december a.s., beantwoord worden.