Ingediend | 26 september 2014 |
---|---|
Beantwoord | 30 oktober 2014 (na 34 dagen) |
Indieners | Renske Leijten , Henk van Gerven |
Beantwoord door | Edith Schippers (minister volksgezondheid, welzijn en sport) (VVD) |
Onderwerpen | verzekeringen zorg en gezondheid |
Bron vraag | https://zoek.officielebekendmakingen.nl/kv-tk-2014Z16670.html |
Bron antwoord | https://zoek.officielebekendmakingen.nl/ah-tk-20142015-400.html |
Ik vind het een goede zaak dat een nieuwe zorgverzekeraar de markt gaat betreden. Hiermee wordt de concurrentie op de zorgverzekeringsmarkt bevorderd, wat een positief effect heeft op de betaalbaarheid van zorg.
De coöperatie (ANNO12 U.A.) en de zorgverzekeraar (ANNO12 zorgverzekeraar N.V.) zijn twee gescheiden organisaties. Door lidmaatschap van de coöperatie wordt een aandeel in de verzekeraar verkregen. Dit geschiedt door aanschaf van een ledencertificaat. ANNO12 heeft mij laten weten dat de verzekeraar verzekerden niet stimuleert om lid te worden van de coöperatie. Omgekeerd stimuleert de coöperatie wel haar leden om een zorgverzekering bij de zorgverzekeraar af te sluiten. Blijkens de website van ANNO12 geschiedt het aanprijzen van de zorgverzekering door onder meer het aanbieden van een premiekorting op de zorgverzekering. Tussen de zorgverzekeraar en de coöperatie wordt hiertoe een collectiviteitsovereenkomst gesloten conform de vereisten in de Zorgverzekeringswet (Zvw). Als lid van de coöperatie is het overigens niet verplicht om een zorgverzekering af te sluiten bij ANNO12. De mogelijkheid bestaat om te opteren voor een andere zorgverzekeraar. Het lid zal in dat geval wel een derde moeten aanwijzen die op het ledencertificaat verzekerd wil zijn. Er dient namelijk altijd een verzekerde gekoppeld te zijn aan het ledencertificaat.
De premies van de zorgverzekeringen van ANNO12 zijn op dit moment nog niet bekend. ANNO12 zal de premie voor de basisverzekering naar verwachting op korte termijn bekend maken. Leden van de coöperatie profiteren van een collectiviteitskorting van 10%. Een korting van 10% is in de Zvw toegestaan. Ik onderschrijf dat ANNO12, net als andere verzekeraars die een collectiviteitsovereenkomst hebben gesloten, zich dient te houden aan de bepalingen in de Zvw.
Zie antwoord vraag 3.
In de Zvw is het uitgangspunt dat voor alle zorgverzekeraars een acceptatieplicht geldt. Iedere verzekeringsplichtige die kiest voor een door een bepaalde zorgverzekeraar aangeboden polis moet door die zorgverzekeraar worden geaccepteerd. Daarnaast geldt onverkort het verbod op premiedifferentiatie. Met de acceptatieplicht en het verbod op premiedifferentiatie wordt bewerkstelligd dat het basispakket voor iedereen toegankelijk is. Dat moet het uitgangspunt blijven. Ik vind het daarom van belang dat de NZa toeziet op naleving van de Zvw en ontwikkelingen rondom aangeboden constructies nauwlettend volgt.
ANNO12 heeft aangegeven dat diverse minima en mensen met uitsluitend een AOW-uitkering lid zijn geworden van de coöperatie. ANNO12 is in gesprek om een lidmaatschapsovereenkomst met één of meerdere sociale diensten of werkgevers te sluiten. Deze partijen zouden dan de ledencertificaten betalen. Met één werkgever is een dergelijke overeenkomst reeds gesloten. ANNO12 heeft te kennen gegeven dat daarnaast door enkele partijen buiten ANNO12 gewerkt wordt aan het opzetten van een fonds waarop mensen met een laag inkomen een beroep kunnen doen. De haalbaarheid hiervan is afhankelijk van partijen die maatschappelijk willen investeren in een dergelijk fonds. Er lijkt derhalve van alles aan te worden gedaan om de toegang tot het lidmaatschap van de coöperatie voor iedereen mogelijk te maken.
Iedereen die zich aanmeldt voor een verzekering bij ANNO12 wordt geaccepteerd. De aanschaf van een ledencertificaat wordt niet verplicht gesteld. Dus ook mensen die de inleg van 850 euro niet willen of kunnen doen, kunnen zich verzekeren bij ANNO12. Verzekerden zonder ledencertificaat krijgen dezelfde verzekering als verzekerden met certificaat. Daarin is geen verschil. Om die reden is de aanschaf van het ledencertificaat niet in strijd met de acceptatieplicht of het verbod op premiedifferentiatie. Ik merk op dat verzekeringsplichtigen zelf opteren voor een zorgverzekeraar. Daarbij ga ik ervan uit dat iedereen zelf afweegt of zij deze eenmalige inleg wil doen om een participatie in ANNO12 te verkrijgen.
Zie antwoord vraag 6.
Die vrees deel ik niet. ANNO12 richt zich op alle potentiële verzekerden en niet uitsluitend op gezonde verzekerden. Zo heeft ANNO12 in haar uitingen op de website en in de media aangegeven dat ook zieke verzekerden welkom zijn. Het toetsen van de gezondheidstoestand van een potentiële verzekerde zou niet stroken met de acceptatieplicht. Op grond daarvan mag een verzekeringsplichtige die een zorgverzekering bij een zorgverzekeraar wil afsluiten namelijk niet worden geweigerd, ongeacht zijn of haar gezondheidstoestand. Overigens zijn, door de inrichting van het risicovereveningssysteem, zieke en minder vermogende verzekerden ook interessant voor een zorgverzekeraar. De bijdrage die een zorgverzekeraar krijgt is immers van een aantal factoren afhankelijk, waaronder de (chronische) gezondheidstoestand. Een zorgverzekeraar betaalt voor een jonge, gezonde verzekerde en ontvangt een bijdrage voor oudere en zieke verzekerden. De NZa ziet erop toe dat zorgverzekeraars niet toch op een bepaalde wijze risicoselectie toepassen. Indien signalen ontstaan dat ANNO12 drempels opwerpt die de toegankelijkheid van verzekerden aantast, zal de NZa ANNO12 hierop aanspreken. Ik verwijs u tevens naar mijn antwoord op de vragen 6 en 7.
In het algemeen kan premiehoogte verzekerden ontmoedigen om over te stappen naar een andere verzekeraar. Dat geldt niet alleen voor ANNO12 maar ook voor andere verzekeraars die een hogere basispremie hanteren dan de verzekeraar waarmee een verzekerde al een overeenkomst heeft gesloten. Iedere verzekeringsplichtige is vrij in de keuze voor een zorgverzekeraar. Voor de een zullen bij deze keuze andere motieven een rol spelen dan voor de ander. Zorgverzekeraar ANNO12 kan juist – los van de premiehoogte – om andere redenen aantrekkelijk zijn voor verzekerden. De NZa ziet erop toe dat zorgverzekeraars niet op risico’s selecteren door een bepaalde groep potentiële verzekerden feitelijk te ontmoedigen.
ANNO12 richt zich op alle potentiële verzekerden en niet uitsluitend op welgestelde (veelal gezonde) verzekerden. Zie verder mijn antwoord onder vraag 8.
De NZa heeft aangegeven dat ANNO12 haar ledenbeleid aan haar heeft voorgelegd. De NZa heeft dit beleid getoetst aan het verbod op premiedifferentiatie. De leden die participeren in de coöperatie krijgen een vergoeding voor hun participatie indien het resultaat van de coöperatie daartoe aanleiding geeft. Dit is geen korting op de te betalen premie. Wel kan ANNO12 deze vergoeding verrekenen met de te betalen premie voor een zorgverzekering bij ANNO12. Hiernaast worden de leden lid van een collectiviteit. Op basis daarvan ontvangen leden een collectiviteitskorting op de zorgverzekering bij de zorgverzekeraar. Deze collectiviteitskorting mag maximaal 10% bedragen van de premiegrondslag. Het is aan de zorgverzekeraar zelf om te bepalen tegen welke premie hij de zorgverzekering aanbiedt. De basispremie is bij ANNO12 voor iedere verzekerde hetzelfde, dus zowel voor leden als voor niet-leden. Leden krijgen enkel een collectiviteitskorting. Voorgaande voldoet naar het oordeel van de NZa aan de Zvw en is derhalve niet in strijd met het verbod op premiedifferentiatie. ANNO12 heeft ook haar polisvoorwaarden aan de NZa voorgelegd. De NZa beoordeelt of deze polisvoorwaarden in overeenstemming zijn met de Zvw.
Ik ben hiervan op de hoogte. ANNO12 heeft mij laten weten dat de door u genoemde «prijzenslag» niet de enige reden was om op 22 oktober 2013 aan te kondigen dat ANNO12 niet van start ging per 1 januari 2014. Het feit dat de vergunning van DNB nog niet rond was alsmede onduidelijkheid over op welke termijn deze zou kunnen worden verkregen, resulteerden in een te korte periode om een succesvolle campagne te kunnen voeren. De zorgverzekeraar heeft zich naar eigen zeggen op basis van de vele ontvangen reacties op voornoemde aankondiging nader georiënteerd op de prijselasticiteit van de premie. Het onderzoek van Nivel en de Open Universiteit, gepubliceerd in het artikel «Premieverschillen te klein voor wisseling zorgverzekeraar» in ESB gezondheidszorg van 8 november 2013, is hiervoor de basis geweest. ANNO12 heeft de procedure voor het verkrijgen van de vereiste vergunningen en goedkeuringen na de aankondiging van 22 oktober 2013 overigens voortgezet.
ANNO12 dient aan alle eisen te voldoen waaraan bestaande zorgverzekeraars ook zijn gehouden. ANNO12 geeft hieraan invulling door het uitgeven van ledencertificaten door de coöperatie. Door aanschaf van het ledencertificaat brengt iedere verzekerde eigen solvabiliteit in. Dit bedrag wordt teruggestort indien de verzekerde vertrekt of komt te overlijden. In de vergunning is op voorstel van ANNO12 zelf als voorschrift opgenomen dat de coöperatie op 1 januari 2015 minimaal 10.000 ledencertificaten moet hebben. Er zijn door DNB geen eisen gesteld aan een percentage. In het prospectus ledencertificaat heeft de coöperatie aangegeven dat minimaal 75% van de verzekerden een ledencertificaat moet hebben dan wel gekoppeld moet zijn aan een ledencertificaat. Indien het percentage lager ligt dan kan de zorgverzekeraar naar eigen zeggen niet voldoen aan de gestelde solvabiliteitseisen.