Kamervraag 2014Z14473

De dreigende sluiting van attractiepark De Sprookjeshof in Zuidlaren

Ingediend 28 augustus 2014
Beantwoord 19 september 2014 (na 22 dagen)
Indieners Agnes Mulder (CDA), Erik Ziengs (VVD), Agnes Wolbert (PvdA)
Beantwoord door Sharon Dijksma (staatssecretaris economische zaken) (PvdA), Edith Schippers (minister volksgezondheid, welzijn en sport) (VVD), Henk Kamp (minister economische zaken) (VVD)
Onderwerpen cultuur en recreatie recreatie
Bron vraag https://zoek.officielebekendmakingen.nl/kv-tk-2014Z14473.html
Bron antwoord https://zoek.officielebekendmakingen.nl/ah-tk-20142015-64.html
1. «Sprookjeshof ten onder aan regeldrift», Dagblad van het Noorden, 27 augustus 2014
  • Vraag 1
    Bent u op de hoogte van de dreigende sluiting van attractiepark De Sprookjeshof in Zuidlaren en de mogelijke vernietiging van 40 banen?1

    Ja.

  • Vraag 2
    Hoeveel Nederlandse keuringsinstanties zijn bevoegd om attractie- en speeltoestellen technisch te keuren op veiligheid en daarover certificaten van goedkeuring af te geven aan de Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit (NVWA)? Klopt het dat de NVWA ook certificaten van goedkeuring accepteert van enkele keuringsinstanties van attractie- en speeltoestellen elders in Europa, waaronder TÜV SÜD Product Service GmbH uit München? Hoe is gewaarborgd dat de verschillende keuringsinstanties niet verschillend kunnen oordelen over identieke toestellen?

    Voor het op grond van het Warenwetbesluit attractie- en speeltoestellen (WAS) keuren van attractie- en speeltoestellen zijn vier instellingen aangewezen, waarvan drie Nederlandse en één buitenlandse.
    Daarnaast zijn ook nog twee buitenlandse instellingen aangewezen voor het keuren van alleen attractietoestellen en vier instellingen voor het keuren van alleen speeltoestellen. Van de laatste vier is er één Nederlands en drie buitenlands.
    TÜV SÜD Product Service GmbH in München is een instelling waarvan het Ministerie van VWS heeft bepaald dat de door die instelling afgegeven certificaten gelijkgesteld zijn aan certificaten afgegeven door een aangewezen keuringsinstellingen door het Ministerie van VWS. Deze certificaten worden dan ook door de toezichthouder NVWA geaccepteerd.
    Alle aangewezen keuringsinstellingen belast met keuringen van attractie- en/of speeltoestellen nemen deel aan het zogenoemde AKI-overleg. Dat overleg vindt twee maal per jaar plaats en dient onder meer voor het maken van afspraken over onder andere technische onderwerpen, zoals de interpretatie van technische normen.

  • Vraag 3
    Klopt het dat in het geval van De Sprookjeshof er toestellen geen certificaat van goedkeuring hebben gekregen, terwijl identieke toestellen elders in Nederland wel middels een certificaat zijn goedgekeurd? Is hier volgens u sprake van inconsequente toepassing van regelgeving? Zo ja, in hoeverre speelt dit volgens u mee bij deze sluiting? Zo ja, hoe is het mogelijk dat verschillende door de NVWA bevoegde keuringsinstanties verschillende veiligheidsoordelen vellen over identieke attractie- en speeltoestellen?

    Nee, dat klopt niet. De manier waarop de bedoelde speeltoestellen ter plaatse zijn opgebouwd maakt ieder toestel uniek. Voor de bewuste grote glijbaan is er daarom geen certificaat van typegoedkeuring (een algemeen certificaat voor een «groep»glijbanen) verleend, zodat elk individueel toestel moet worden gekeurd.
    Er is geen aanleiding te veronderstellen dat er sprake is van inconsequente toepassing van de Nederlandse regelgeving.

  • Vraag 4
    Klopt het dat in het Warenwetbesluit attractie- en speeltoestellen is opgenomen dat ieder attractie- of speeltoestel dat overeenkomstig het goedgekeurde, het type kenmerkende monster is vervaardigd, niet technisch hoeft te worden gekeurd, behalve dan op de montage van het toestel? Gaat het in de casus van de afgekeurde toestellen van De Sprookjeshof om toestellen die volgens deze regel uit het Warenwetbesluit attractie- en speeltoestellen helemaal geen technische keuring behoeven, omdat het eerste exemplaar al technisch is goed bevonden door een van de door de NVWA aangewezen keuringsinstituten?

    Speeltoestellen waarvoor een certificaat van goedkeuring is afgegeven voor een typekenmerkend monster hoeven inderdaad niet opnieuw te worden gekeurd. Bij de onderhavige speeltoestellen van Sprookjeshof was evenwel geen sprake van speeltoestellen waarvoor een in Nederland geldig certificaat van typegoedkeuring was verkregen van een aangewezen keuringsinstelling.

  • Vraag 5
    Deelt u de mening dat de rijksoverheid verantwoordelijk is voor de consequente toepassing van regelgeving en dat ondernemers, medewerkers en regio niet de dupe mogen worden van inconsistenties hierin?

    Ondernemers zijn te allen tijde verantwoordelijk voor de naleving van regelgeving. Vervolgens is de overheid verantwoordelijk voor logische en werkbare regels en het consequent toezien op de naleving en handhaving van de regelgeving. De regelgeving heeft tot doel de gebruikers van de toestellen te beschermen. Uit de rapportage van de aangewezen keuringsinstelling die beide speeltoestellen heeft gekeurd, blijkt dat sprake is van meer gevaargerelateerde tekortkomingen, waaronder gevaar voor beknelling van lichaamsdelen.
    Op 12 september heeft de NVWA met de CdK Drenthe overleg gevoerd waarbij is afgesproken dat de keuringsinstelling en de eigenaar van De Sprookjeshof opnieuw in overleg gaan over de maatregelen die de veiligheid waarborgen.

  • Vraag 6
    Bent u bereid deze vragen vóór 9 september te beantwoorden, gezien het dreigende banenverlies?

    Nee. I.v.m. de noodzakelijke interdepartementale afstemming is het niet gelukt de antwoorden voor 9 september aan uw kamer te sturen.


Kamervraag document nummer: kv-tk-2014Z14473
Volledige titel: De dreigende sluiting van attractiepark De Sprookjeshof in Zuidlaren
Kamerantwoord document nummer: ah-tk-20142015-64
Volledige titel: Antwoord op vragen van de leden Ziengs, Agnes Mulder en Wolbert over de dreigende sluiting van attractiepark De Sprookjeshof in Zuidlaren